Het bewegingsapparaat

                            Het bewegingsstelsel
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

                            Het bewegingsstelsel

Slide 1 - Diapositive

Deze les
  • AWR
  • Terugblik vorige les
  • Het bewegingsapparaat
  • Het skelet
  • Opdrachten 

Slide 2 - Diapositive

Vorige les
Wat weet je nog?

Slide 3 - Carte mentale

Kleinste levende bouwsteen 
Hart en longen
Mond, slokdarm, maag en darmen
Een groep cellen met dezelfde functie
Cel
Orgaan
Orgaanstelsel
Weefsel

Slide 4 - Question de remorquage

Welk orgaanstelsel zorgt ervoor dat er bloed door het lichaam pompt?
A
Het hart en vaatstelsel
B
Het ademhalingsstelsel
C
Het zenuwstelsel
D
Het spijsverteringsstelsel

Slide 5 - Quiz

Fysiologie laat zien uit welke delen het lichaam bestaat
&
Anatomie kijkt naar hoe deze delen werken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Bewegingsstelsel

Om iemand te kunnen ondersteunen bij het bewegen is het belangrijk dat je weet hoe het bewegingsapparaat werkt.

  • Botten
  • Gewrichten
  • Spieren en pezen




Zorgen er
samen voor dat je kan bewegen.



Slide 7 - Diapositive

Botten


Je botten (206) vormen samen
het skelet of geraamte









Slide 8 - Diapositive

Wat zijn de functies van
het skelet?
timer
2:00

Slide 9 - Question ouverte

Functies van het skelet


  • Geeft stevigheid
  • Beschermt organen
  • Aanhechtingsplaats voor de spieren
  • Zorgt samen met de spieren voor beweging
  • Aanmaken van bloedcellen in het beenmerg 

Slide 10 - Diapositive

Botten

Weefsel

Het skelet  bestaat uit botweefsel

Botweefsel = erg hard, stevig sterk en niet buigzaam.


Het lichaam bevat ook Kraakbeenweefsel
=
kan worden vervormd en worden samengedrukt.

Slide 11 - Diapositive

Gewrichten

Spelen een belangrijke rol bij het bewegen

Een gewricht moet kunnen draaien, buigen en gewicht dragen.


Kogelgewricht

Rolgewricht

Scharniergewricht

Zadelgewricht

Slide 12 - Diapositive

Schedel 
Functie van de schedel
Bescherming van de hersenen

Baby's
Fontanellen


Slide 13 - Diapositive

Wervelkolom 
  • Loopt van schedel tot staartbeen (S)
  • Bestaat uit 33 wervels
  • Tussen de wervels zitten tussenwervelschijven
  • In elk wervel zit ook weer een gat.                                                       Samen vormen ze het wervelkanaal daar                                    loopt het ruggenmerg door.

Slide 14 - Diapositive

Wervelkolom

Slide 15 - Diapositive

QUIZ

Slide 16 - Diapositive

Waar bestaat het bewegingsstelsel uit?
A
botten, gewrichten en spieren
B
botten, gewrichten en bloedvaten
C
botten, gewrichten en hersenen
D
botten, gewrichten, spieren, bloedvaten en zenuwen

Slide 17 - Quiz

Uit hoeveel botten is het skelet opgebouwd?
A
200
B
157
C
210
D
206

Slide 18 - Quiz

Waar in het lichaam zit een kogelgewricht?
timer
1:00

Slide 19 - Question ouverte

Het wervelkolom heeft een S vorm. Wat is hier de functie van?
timer
1:00

Slide 20 - Question ouverte

Wat is geen functie van het skelet?
A
Stevigheid, steun en vorm geven aan het lichaam
B
Transporteren van zuurstof naar de cellen
C
Bescherming van belangrijke organen
D
Samen met spieren zorgen voor beweging

Slide 21 - Quiz

Wat is het verschil tussen kraakbeen en botweefsel?

Slide 22 - Question ouverte

Kogelgewricht
Scharniergewricht
Rolgewricht
Spaakbeen en ellepijp
Knie en elleboog
Schouders en heup

Slide 23 - Question de remorquage

Hoe werken het bewegingsstelsel en het zenuwstelsel samen?
A
Het zenuwstelsel stuurt de spieren aan om te bewegen
B
Het bewegingsstelsel regelt de hartslag en ademhaling
C
Gewrichten sturen signalen naar de hersenen over de positie van het lichaam

Slide 24 - Quiz

Opdracht

  • Maak de puzzel van het bewegingsapparaat





timer
15:00

Slide 25 - Diapositive