Samenvatting H4.9 en 5.9
1 / 20
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Voltooid of tegenwoordig deelwoord?
Het bestelde eten was te laat.
Het bestelde eten was te laat.
A
voltooid
B
tegenwoordig
Slide 5 - Quiz
Voltooid of tegenwoordig deelwoord?
De lachende bezorger kreeg geen fooi.
De lachende bezorger kreeg geen fooi.
A
voltooid
B
tegenwoordig
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Vul de tegenwoordige tijd in:
Thijs ..... (surfen) graag op internet.
Thijs ..... (surfen) graag op internet.
Slide 11 - Question ouverte
Vul de tegenwoordige tijd in:
Daarom ..... (racen) hij vaak te laat naar school.
Daarom ..... (racen) hij vaak te laat naar school.
Slide 12 - Question ouverte
Vul de tegenwoordige tijd in:
Hij ..... (timen) helaas niet altijd even goed.
Hij ..... (timen) helaas niet altijd even goed.
Slide 13 - Question ouverte
Vul de tegenwoordige tijd in:
Gelukkig ..... (saven) hij wel altijd zijn bestanden.
Gelukkig ..... (saven) hij wel altijd zijn bestanden.
Slide 14 - Question ouverte
Vul de verleden tijd in:
Vorig jaar ..... (deleten) hij wel per ongeluk zijn werkstuk.
Vorig jaar ..... (deleten) hij wel per ongeluk zijn werkstuk.
Slide 15 - Question ouverte
Vul de verleden tijd in:
Hij ..... (editen) net het laatste hoofdstuk.
Hij ..... (editen) net het laatste hoofdstuk.
Slide 16 - Question ouverte
Vul de verleden tijd in:
Tot vorige maand ..... (saven) hij nooit wat.
Tot vorige maand ..... (saven) hij nooit wat.
Slide 17 - Question ouverte
Vul in:
Dat ..... (stressen/verleden tijd) hem zo, dat hij nu alles ... (saven/tegenwoordige tijd).
Dat ..... (stressen/verleden tijd) hem zo, dat hij nu alles ... (saven/tegenwoordige tijd).
