Korte herhaling 7.5 (voedselketen) + 8.1 (Energiestromen)

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Korte herhaling 7.5 + 8.1

Voedselrelaties

- Voedselketen

- Voedselweb

- Piramides

- Producent, consument (1e/2e/... orde), reducent

- Heterotroof en autotroof

- Trofisch niveau

Ecosysteem: voedselrelatie (weergave voedselketen)

1e trofische niveau: autotroof (plant)

2e en verder: heterotroof (dier)

Voedselweb: ingewikkelde relaties in een ecosysteem.

Koolmees is een zwakke schakel. 

Afhankelijk van één voedselbron.

Kikker heeft sterke positie.

Veel keus in prooidieren.

Buizerd en vos zijn de toppredatoren.

Zij worden niet door anderen gegeten.

Welk gevolg heeft het voor de sprinkhaan als het lievenheersbeest een slecht jaar heeft en weinig nakomelingen krijgt? 

Oefenen

Maken van voedselketen en voedselweb is vaardigheid. 

Dus niet leren maar oefenen en controleren!

Maak de 2e klas toets om te oefenen met deze vaardigheid.

Regels voedselketen

Begin met producent (meestal plant)

Pijlen volgen de energiestroom

Schakel bestaat uit 1 organisme

Werk: L > R of van Beneden > Boven

Regels voedselweb

Alle voedselrelaties in een ecosysteem, begin met producent.

Alle soorten apart vermelden

Geen verzamelnamen, tenzij je niet anders kan. 

Werk: van beneden naar boven.

Piramide van aantallen

Piramide van biomassa

Energiestroom in ecosysteem

H8 - Ecosysteem en evenwicht

8.1 Energiestromen

Aanwezigheid

Inloggen met pincode voor interactieve vragen

Actief deelnemen is ook een poging doen tot antwoord geven

Bij de hand: binas

Kun je uitleggen wat biomassa is?

Biomassa is de massa van levende organismen in een gebied of ecosysteem op enig moment. Het kan gaan om de biomassa van een of enkele soorten, of om de biomassa van een gemeenschap, dat wil zeggen van al de soorten van die gemeenschap. Het kan microorganismen, planten (fytomassa) of dieren (zoömassa) omvatten. Vergeleken met de fytomassa levert de zoömassa slechts een fractie van de totale biomassa. De biomassa varieert sterk per gemeenschap of bioom. De biomassa wordt voornamelijk geproduceerd door de primaire producenten, op het land vooral planten, in het water vooral algen.[1] De biomassa is relatief klein in arctische gebieden (door de lage temperaturen) en in woestijnen (door de geringe neerslag) en groot in de tropen.

Welke anorganische stoffen worden hier bedoeld?

Wat is het verschil tussen de voedselrelatie die een carnivoor of een parasiet heeft?

8.1 Leerdoel en begrippen

Je leert dat op elk niveau van een voedselketen energieverlies optreedt

Bruto primaire productie (BPP), netto primaire productie (NPP), dissimilatie (D), secundaire productie, energie, biomassa, piramidevormige schema's, duurzaamheid

Bruto Primaire Productie

Bruto Primaire Productie = 

Alle organische stoffen die producenten produceren =  Energie uit zonlicht omgezet in organische stof =  Fotosynthese = Koolstofassimilatie -> glucose!

 Wat gebeurt er met BPP?

1. Brandstof -> dissimilatie! = D -> energie komt vrij als warmte 

Wat blijft er over? BPP – D = Netto Primaire Productie

2. Bouwstof -> groeien = lichaam bouwen =

voortgezette assimilatie -> eiwitten, vetten, andere koolhydraten!

Wat gebeurt er met NPP?

1. Sterfte, verlies -> afvaleters -> reducenten -> anorganische stoffen (cirkel)

2. Voedsel voor herbivoren (consumenten 1e orde) -> 

brandstof (D) en bouwstof -> Netto Secundaire Productie

Bron 1

Binas 93A1

Wat moet de bruto primaire productie in 93A1 voorstellen?

Geef kleur(en) van onderdeel of onderdelen.

Geef het percentage van de netto primaire productie

Geef het percentage van de netto secundaire productie

Bron 1

Binas 93A1

Binas 93A2

Welk figuur stelt een planteneter voor en leg uit waarom?

Binas 93E1+2        

Welk antwoord is het juiste antwoord?

Of een aantal dagen geen vlees?

1. Never nooit niet
2. Wij eten vaker geen vlees thuis
3. 1 dagje zou kunnen
4. Ik ben vega

Zou jij insecten eten?

1. Ja
2. Nee

Opdrachten 8.1 maken

Welke vragen heb jij nu nog?