Week 49 AT-tijd dictee

AT-tijd Dictee
Alleen gebruiken om de woorden voor te lezen.
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

AT-tijd Dictee
Alleen gebruiken om de woorden voor te lezen.

Slide 1 - Diapositive


Slide 2 - Question ouverte


Slide 3 - Question ouverte


Slide 4 - Question ouverte


Slide 5 - Question ouverte

1. “Op een zwart-witfoto lijkt de sinterklaasintocht onveranderd,” zeiden de zeven tv-presentatoren volgens Kees’ zusje. (6)

Slide 6 - Diapositive


Slide 7 - Question ouverte


Slide 8 - Question ouverte


Slide 9 - Question ouverte


Slide 10 - Question ouverte


Slide 11 - Question ouverte

2. Tijdens de diploma-uitreiking konden sommige leerlingen de op- en aanmerkingen van de conciërge waarderen, terwijl andere hem egoïstisch vonden. (6)

Slide 12 - Diapositive


Slide 13 - Question ouverte


Slide 14 - Question ouverte


Slide 15 - Question ouverte

3. De goed bereide oer-Hollandse maaltijd,/ waaronder een karbonaadje,/ is/ door veertig juryleden/ genuttigd. (5)

Slide 16 - Diapositive


Slide 17 - Question ouverte


Slide 18 - Question ouverte


Slide 19 - Question ouverte


Slide 20 - Question ouverte

4. De Volkskrant/ meldt/ vandaag/ dat Noord-Hollandse antiterreureenheden/ zeeën van tijd/ in de verkeerde verdachte personen/ hebben gestoken. (6)

Slide 21 - Diapositive


Slide 22 - Question ouverte


Slide 23 - Question ouverte


Slide 24 - Question ouverte


Slide 25 - Question ouverte


Slide 26 - Question ouverte

5. Toen/ meneer Den Hartog/ erachter/ kwam/ dat de secondewijzer van de klok/ in het vijfsterrenhotel/ gebroken was/, meldde/ hij/ dit/ direct/ bij de hotelmanager. (7)

Slide 27 - Diapositive


Slide 28 - Question ouverte


Slide 29 - Question ouverte


Slide 30 - Question ouverte


Slide 31 - Question ouverte


Slide 32 - Question ouverte

6. De vwo’er/ betaalde/ een twintigeurobiljet/ en/ kreeg/ in ruil daarvoor/ tijdens het koffie-uurtje van de reclameafdeling/ een pindaatje en een cakeje. (7)

Slide 33 - Diapositive


Slide 34 - Question ouverte


Slide 35 - Question ouverte


Slide 36 - Question ouverte


Slide 37 - Question ouverte

7. ’s Ochtends at de politieagent/ een tarwebroodje met 20+-kaas/ twintigpluskaas en lachte om een strip/ die stond op de hagelslagverpakking. (6)

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive