3.5 Het immuunsysteem

BS5 het immuunsysteem
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

BS5 het immuunsysteem

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen:
- uitleggen hoe antistoffen je beschermen tegen infecties.
- uitleggen hoe je immuun kunt worden.
- uitleggen wat er gebeurt bij een allergie.

Slide 2 - Diapositive

plan 
1. Terugblik nieren
2. uitleg immuunsysteem
3. opdrachten maken

Leerdoelen, je kunt:
- uitleggen hoe antistoffen je beschermen tegen infecties.
- uitleggen hoe je immuun kunt worden.
- uitleggen wat er gebeurt bij een allergie.

Slide 3 - Diapositive

Vorige les ging over nieren
Wat doen de nieren?
Uit welke 3 delen bestaat de nieren?

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

urineweg
Bij een nierbekkenontsteking is de wand van een nierbekken ontstoken. Dit kan worden veroorzaakt door bacteriën die via de urinewegen van buiten het lichaam zijn gekomen.
Door welke delen zijn deze bacteriën achtereenvolgens gekomen?       

Zet op volgorde: urinebuis, nierbekken, urineleider, urineblaas.

Slide 6 - Diapositive



Bij een nierbekkenontsteking is de wand van een nierbekken ontstoken. Dit kan worden veroorzaakt door bacteriën die via de urinewegen van buiten het lichaam zijn gekomen.
Door welke delen zijn deze bacteriën achtereenvolgens gekomen?
A
nierbekken > urineblaas >urinebuis > urineleider
B
urinebuis > urineblaas > urineleider > nierbekken.
C
urinebuis > urineleider >urineblaas > nierbekken.
D
urineleider > urinebuis > urineblaas > nierbekken.

Slide 7 - Quiz

Nierschors
Niermerg
Nierbekken
Nierader
Nierslagader

Slide 8 - Question de remorquage

Slide 9 - Vidéo

Lichaamsvreemd
  • Lichaamsvreemde stoffen horen niet thuis in je lichaam.
  • Je lichaam kan op 3 manieren lichaamsvreemde stoffen tegenhouden (buitenhouden!).
  • Met de huid
  • Met de slijmvliezen in de luchtwegen.
  • Met zoutzuur in maagsap.

Hoe zouden bacterien wel je lichaam in kunnen komen? 

Slide 10 - Diapositive

Infectie en afweer
Een ziekteverwekker is toch je lichaam in gekomen... 

Gelukkig heb je een afweersysteem (immuunsysteem)! 
Deze bestrijdt ziekteverwekkers.

Slide 11 - Diapositive

Witte bloedcellen
Witte bloedcellen zijn jouw eigen soldaten.
1. Insluiten                                                         2. Antistoffen maken

               

Slide 12 - Diapositive

ziekteverwekker insluiten

Slide 13 - Diapositive

Wat zijn antigenen?
Het immuunsysteem herkent virussen en andere ziekteverwekkers aan antigenen.
Een antigeen is een eiwit op de buitenkant van een cel of van een virus.


Slide 14 - Diapositive

antistoffen maken ziekteverwekker onschadelijk

Slide 15 - Diapositive

Immuniteit
Vaak word je maar één keer ziek van een ziekteverwekker. Je witte bloedcellen kunnen onthouden welke antistoffen ze moeten maken.

 Je wordt zo immuun (= niet ziek worden, omdat witte bloedcellen meteen een antistof kunnen maken).

Slide 16 - Diapositive

Immuniteit
Vaak word je maar één keer ziek van een ziekteverwekker. Je witte bloedcellen kunnen onthouden welke antistoffen ze moeten maken. 

 Je wordt zo immuun (= niet ziek worden, omdat witte bloedcellen meteen een antistof kunnen maken).

Slide 17 - Diapositive

Immuniteit

Natuurlijke immuniteit: ontstaat doordat je de ziekte zelf een keer doormaakt (bijv. waterpokken)

Kunstmatige immuniteit: ontstaat door vaccinatie.

Slide 18 - Diapositive

Vaccin

Een middel dat delen van een virus of bacterie (bijv. alleen de antigenen) of een verzwakte versie bevat. 

Je wordt niet ziek, maar je witte bloedcellen raken getraind in het snel herkennen en opruimen van de echte ziekteverwekker!

Slide 19 - Diapositive

Vaccinatieschema

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Maar waarom heb je toch steeds een verkoudheid of een griepje?

Sommige virussen veranderen bijna nooit, sommige virussen veranderen helaas heel snel. 

Slide 22 - Diapositive

Allergie
Een allergie is een foutje in je immuunsysteem. Je immuunsysteem reageert dan heftig op bepaalde stoffen die eigenlijk niet gevaarlijk zijn (allergische reactie).

                                                                                                                       Anafylactische shock

Slide 23 - Diapositive

Aan het werk
Thema 3
Basisstof 5
Opdrachten 1 t/m 10

Slide 24 - Diapositive

Pak je mobiel
Login op LessonUp
QR-code komt zo in beeld

Slide 25 - Diapositive

Als je ziek bent begint je immuunsysteem met de productie van antigenen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Lichaamsvreemde stoffen
A
stoffen waarvoor je immuun bent
B
stoffen die niet in je lichaam thuishoren
C
stoffen waarvan je altijd doodziek wordt
D
stoffen die bij je lichaam horen

Slide 27 - Quiz

Een ander woord voor je immuunsysteem is
A
bloedcellensysteem
B
afweersysteem
C
antistoffen
D
antigenen

Slide 28 - Quiz

Welk onderdeel van het bloed ''is'' je immuunsysteem?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplaatjes
D
bloedplasma

Slide 29 - Quiz

Wat is de functie van antistoffen?
A
Het immuunsysteem uitschakelen
B
Zijn een onderdeel van van een witte bloedcel
C
Maken ziekteverwekkers onschadelijk

Slide 30 - Quiz

Wat is natuurlijke immuniteit?
A
je bent gevaccineerd en hebt daardoor antistoffen tegen de ziekte.
B
Je bent ziek geweest en hebt daardoor antistoffen tegen de ziekte.
C
je bent immuun door een vaccinatie
D
je bent immuun zonder ziek geweest te zijn.

Slide 31 - Quiz

Het immuunsysteem herkent ziekteverwekkers aan de ...
A
Antigenen
B
Antistoffen

Slide 32 - Quiz