FR_P2_MYP3Ljaar4 - Cours 5 20250513

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Startklaar

Enlevez votre manteau. 

Mettez votre téléphone portable dans votre sac à dos.

Écouteurs dans vos sacs à dos.

Posez vos sacs à dos par terre.

Posez votre ordinateur portable fermé sur la table.

Mettez votre matériel scolaire sur la table.

Welkom bij VAK

Unit 3: Are we doing enough to protect the environment?/ Desirons-nous veritablement protéger notre environnement ?

Learner Profile: ....

Thinkers/ Denker

ATL: ....

Collaboration & Critical thinking

Related concepts: ....

Function, goal & structure

Key concept: ....

Connections are links, bonds and relationships among people, objects, organisms or ideas.

Statement of Inquiry : We can solve problems related to the environment through discussions and sharing of information in the languages that unite us. 

Global context: ....

Equity and development.

Programma

• PO
• Voorkennis/ Connaissances préalables
• Leerdoelen opstellen/ Objectifs d’apprentissage
• Correctie van de oefening/ Correction de l'exercice 
• Instructie/ Instructions
• Aan de slag/ Connaissance d'aujourd'hui
• Reflectie en leerdoelen check/ Réflexion et vérification des objectifs d'apprentissage

Overzicht periode 3

Week 1	Week 2	Week 3	Week 4	Week 5
Quelles actions et attitudes détruisent notre environment? What actions and attitudes destroy our environment? Vocabulaire	Quel est le problème du rechauffement climatique? What is the problem of global warming? Présent, Négation	Pourquoi la protection de l’environnement est-elle la responsabilité de tous ? Why is environmental protection everyone's responsibility? Vocabulaire, négation au passé composé	Qu'est-ce qui pollue l'environment? What pollutes the environment? FA Futur Proche	Quel temps fait-il chez toi? What's the weather like where you are? Cause et conséquence Futur Simple

Overzicht periode 3

Week 6	Week 7	Week 8	Week 9	Week 10
PO/SA	Quel temps fera-t-il à l'avenir? Futur Simple PC verbes modaux	Comment pouvons-nous travailler ensemble afin de préserver l'environment? How can we work together to preserve the environment?	Révision/ Content review	Examen/ Test

PO/SA

Le PO/SA sera un dialogue (professeur - étudiant). 

Nous allons parler sur le thème étudié.

The PO/SA will be a dialogue (teacher - student).

We will talk about the subject of the unit (period).

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Leerdoelen

• Je sais dire ce que je pourrai faire pour protéger l'environnement.
• Je connais les conséquences de mes actes sur la nature.
• Je sais identifier ce qui cause le changement climatique.

• Ik weet wat ik kan doen om het milieu te beschermen.
• Ik ken de gevolgen van mijn daden voor de natuur.
• Ik weet te identificeren wat de klimaatverandering veroorzaakt.

Qu'est-ce que vous allez faire pour protéger la planète?
Écrivez une phrase.

Futur Proche

Instructie

Le Futur Simple

De toekomende tijd.

Hoe maak je de futur simple?

Hele werkwoord + uitgangen futur simple

Let op: in het Nederlands vertaal je de futur simple met zullen

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Futur simple

	Hele ww	Uitgang	Futur simple
Je	manger	-ai	Je manger ai
Il / Elle / On	manger	-a	Il/elle/on manger a
Tu	manger	-as	Tu manger as
Nous	manger	-ons	Nous manger ons
Vous	manger	-ez	Vous manger ez
Ils / Elles	manger	-ont	Ils manger ont

Futur simple

Le futur simple onregelmatig

Onregelmatige werkwoorden hebben een onregelmatige futur simple. De stam van de futur simple moet je dus uit je hoofd leren.

La cause et 

la conséquence.

Instructie

Exprimer la cause et la conséquence

La cause est le motif, la raison d’une autre action ou fait.

La conséquence est l’effet provoqué par une autre action ou fait.

De oorzaak is het motief, de reden van een andere handeling of feit.

Het gevolg is het effect dat veroorzaakt wordt door een andere handeling of feit.

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

La cause peut être introduite par :

• Parce que + verbe répond à la question pourquoi? 

Pourquoi Léa est trite? Elle est triste parce que'elle s'est disputé avec osn père.

Waarom is Léa verdrietig? Ze is verdrietig omdat ze ruzie heeft gehad met haar vader.

• grâce à + cause positive: J’ai réussi mon examen grâce à ma dédication et à mon courage.

Ik ben voor mijn examen geslaagd dankzij mijn toewijding en moed.

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

La cause peut être introduite par :

• 
  

• à cause de + cause négative: 

Le match n’a pas eu lieu à cause de la pluie.

De wedstrijd heeft niet plaatsgevonden vanwege de regen.

• puisque + cause évidente: 

Je peux lui demander puisque je suis sa copine.

Ik kan het hem vragen aangezien ik zijn vriendin ben.

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

La conséquence peut être introduite par :

Donc, alors, par conséquent, etc., qui expriment un lien logique.

Je vais faire une tarte aux pommes demain, donc je vais faire des courses aujourd'hui.

Ik ga morgen een appeltaart maken, dus ik ga vandaag boodschappen doen.

Donc : Dus

Alors : Dan

Par conséquent : Bijgevolg

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

La conséquence peut être introduite par :

• C’est pourquoi, c’est pour cela que, etc., qui indiquent un résultat.

On a perdu le match de foot, c'est pour ça qu'on n'est pas contents. We hebben de voetbalwedstrijd verloren, daarom zijn we niet blij.

Il a perdu son portefeuille, c'est pourquoi il est allé à la police.

Hij heeft zijn portemonnee verloren, daarom is hij naar de politie gegaan.

Tekst

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Le temps

Il fait froid

Il fait frais

Il fait -10 degrés

Il fait mauvais

Il fait gris

Il neige

Il pleut

Il fait chaud

Il fait bon

Il fait beau

Il fait 25 degrés

Exprime la cause et la conséquence

Pourquoi le climat change-t-il?
Waarom verandert het klimaat?

Pourquoi la Terre se réchauffe?
Waarom warmt de aarde op?

1. Parce que nous faisons le tri sélectif.
2. Parce que nous utilisons de l'énergie éolienne
3. Parce qu'il n'y a pas de gaz à effet de serre.
4. Parce que les être humains polluent beaucoup.

Écrivez à la forme négative:
La température de la Terre diminue.
(De temperatuur van de aarde daalt.)

Écrivez à la forme négative:
Il pleut dans les régions sèches.
(Het regent in de droge regio's.)

Quel est le problème
du réchauffement climatique?
Wat is het probleem met de opwarming van de aarde?

Je sais expliquer le rechauffement climatique.
Ik weet hoe ik de opwarming van de aarde moet verklaren.

😒🙁😐🙂😃

Je peux exprimer la conséquence.
"I can express the consequence."

😒🙁😐🙂😃

Je peux dire quel temps fait-il.
"I can say what the weather is like."

😒🙁😐🙂😃

Reflectie

• Je sais dire ce que je pourrai faire pour protéger l'environnement.
  
• Je connais les conséquences de mes actes sur la nature.
  
• Je sais identifier ce qui cause le changement climatique.
  

Ik weet wat ik kan doen om het milieu te beschermen.

Ik ken de gevolgen van mijn daden voor de natuur.

Ik weet te identificeren wat de klimaatverandering veroorzaakt.

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.