1. Artikel schrijven

  • PLANNING KOMENDE WEKEN:
  • Schoolexamen Schrijfopdracht, PO Recensie
  • uitleg artikel schrijven
  • herhalen zakelijke brief/ zakelijke e-mail 
  • herhalen en oefenen.
  • zelfstandig werken.
Vandaag
Schoolexamen Schrijven: 16 t/m 20 juni
Programma:
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

  • PLANNING KOMENDE WEKEN:
  • Schoolexamen Schrijfopdracht, PO Recensie
  • uitleg artikel schrijven
  • herhalen zakelijke brief/ zakelijke e-mail 
  • herhalen en oefenen.
  • zelfstandig werken.
Vandaag
Schoolexamen Schrijven: 16 t/m 20 juni
Programma:

Slide 1 - Diapositive

schrijven - artikel

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
Na deze les weet je:

- hoe je een artikel schrijft volgens de conventies (regels) van het centraal schriftelijk examen (CSE).



Slide 3 - Diapositive

"artikel", waar denk je dan aan?

Slide 4 - Carte mentale

Artikel
- Tekst voor een tijdschrift, een krant of een website.
- Je richt je niet tot één persoon, maar tot een groot publiek.
- In de opdracht staat voor welk publiek je schrijft          taalgebruik
- In de schrijfopdracht staat welke elementen er terug moeten komen in je artikel.

Slide 5 - Diapositive

Aan welke eisen moet een artikel aan voldoen?

Slide 6 - Carte mentale

Eisen
- Passende titel  ( in een paar woorden) 
- Inleiding, middenstuk, slot          witregels tussen de delen
- Minimaal 100 woorden
- Nooit aan 1 persoon, dus geen  aanhef. 
- Voor- en achternaam onder artikel, soms ook school/klas/plaats (kijk goed in de opdracht)


Slide 7 - Diapositive

Opbouw artikel
  1. Titel
  2. Inleiding (alinea 1)
  3. Kern (alinea 2)
  4. Slot (alinea 3)
  5. Voor- & achternaam

Slide 8 - Diapositive

Inleiding
De inleiding is het eerste wat mensen lezen van je artikel. Maak ze dus nieuwsgierig. 

Vb. Tijdens de les Nederlands op maandag ... bespraken we met de klas ...
  • Het onderwerp  noemen 
  • of vertellen waarom je over dit onderwerp schrijft 
  • of een voorbeeld geven over het onderwerp 
  • of een leuk, kort verhaaltje vertellen over het onderwerp (anekdote)
  • of een  vraag stellen.



Slide 9 - Diapositive

Middenstuk
Hier behandel je het onderwerp van het artikel. In dit deel van de tekst staan de meeste elementen van de opdracht.

In een tekst kunnen verschillende dingen over een onderwerp 
gezegd worden.

We noemen dit deelonderwerpen.
Meestal wordt er in één alinea één deelonderwerp behandeld.


Slide 10 - Diapositive

Slot
In het slot kun je een keuze maken:


 



LEES GOED WAT DE OPDRACHT VAN JOU VERWACHT!
  • Samenvatten: “Kortom, …”
  • Toekomstverwachting. “Dan denk ik dat we voortaan…”
  • Conclusie. “Dus… “
  • Advies. “Ik zou zeker … “
  • Antwoord geven op de vraag die je in de inleiding hebt gesteld.

LEES GOED WAT DE OPDRACHT VAN JOU VERWACHT!



Slide 11 - Diapositive

Bekijk het 
filmpje over 
een artikel schrijven
(0:00-3:50)

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Lien

Opbouw van een artikel
  • Plaats boven je artikel een passende titel
  • In de inleiding staat de aanleiding van je artikel: waarom je het artikel schrijft
  • In het middenstuk (kern) staat de meeste informatie (wat, waarom, waarover..)
  • In het slot staat wat je hoopt te bereiken met het artikel
  • Zet je voor- en achternaam onder het artikel
  • Al deze onderdelen zijn losse alinea's!

Slide 14 - Diapositive

is dit een artikel of een brief?
A
artikel
B
brief

Slide 15 - Quiz

Een artikel heeft altijd een titel.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

Een artikel bestaat uit
A
inleiding, middenstuk
B
Slot, titel, middenstuk
C
handtekening, inleiding, middenstuk, slot
D
inleiding, middenstuk ,slot

Slide 17 - Quiz

Als je een artikel schrijft...
A
Heeft iedere alinea een kernzin.
B
Heeft iedere alinea een tussenkopje.
C
Start het artikel altijd met een vraag.
D
Is de titel gelijk aan het onderwerp.

Slide 18 - Quiz

Hoe kun je een alinea van het middenstuk het beste beginnen?
A
met een signaalwoord: tot slot, kortom
B
met een signaalwoord: ten eerste, bovendien, daarnaast

Slide 19 - Quiz

Onder een artikel zet je altijd:
A
slotformule
B
je eigen naam (en klas)
C
Met vriendelijke groet,
D
bedankt voor het lezen

Slide 20 - Quiz

Met welk woord kun je het slot van het artikel het beste beginnen?
A
signaalwoord: kortom, dus,
B
signaalwoord: maar, omdat, ten tweede

Slide 21 - Quiz

Zelfstandig werken
Bij deze opdracht ga je een van de volgende lessen een artikel schrijven. De informatie die je nodig hebt, staat in de schrijfopdracht en in de tekst Niet gebeld is niet gesolliciteerd?

Eerst maak je de opdrachten en lees je de tekst.

De volgende les bespreken we de opdrachten en maak je een begin met de schrijfopdracht. 

Gebruik je woordenboek als dat nodig is.
timer
14:00

Slide 22 - Diapositive

Evaluatie
Aan het einde van de les

- weet je hoe je een artikel moet schrijven (herhaling)
- kun je een artikel schrijven

Slide 23 - Diapositive

Zelfstandig aan de slag
Opdracht: Je gaat zelfstandig een artikel schrijven.
   

Stap 1: Je leest de opdracht goed door.
Stap 2: Maak een verdeling: wat zet je in de inleiding, middenstuk en slot?
Stap 3: Begin met schrijven

Let op: Vraag feedback!
Ik wil dat je elk onderdeel (inleiding, kern en slot) met je buurman of buurvrouw bespreekt. Indien nodig pas je je artikel aan.




Slide 24 - Diapositive

Artikel
  • Uit hoeveel alinea's bestaat jouw artikel?
  • Wat is de titel van het artikel
  • Wie is de auteur van jouw artikel 
  • Bevat het artikel tussenkopjes, zo ja welke? 
  • Hoe wordt het artikel afgesloten? 

Schrijf op/markeer deze onderdelen.
Je hebt hier 2 minuten de tijd voor.
Daarna bespreken we het klassikaal.




timer
2:00

Slide 25 - Diapositive

De opdracht 
Een voorbeeld uit een oud-examen.

  • Hoe pak je deze opdracht aan?
  • Hoe gaan we de punten verdelen?

Slide 26 - Diapositive