Maandag 1 februari: rekenen, spelling en taal

• Taal
• Basisschool
• Groep 7

c die klinkt als k

c die klinkt als s

Dictee 1:

Dictee 2:

Dictee 3:

Dictee 4:

Dictee 5:

Wat is het onderwerp in de volgende zin: De kat heeft de jongen gekrabd.
Typ het antwoord zonder hoofdletter!

Wat is het gezegde in de volgende zin:
De jongens zijn in het water gevallen.

Wat is de bepaling van plaats in de volgende zin: Het meisje is in het park gevonden.

De man gooide een steen door het raam bij de juwelier. Wat is het gezegde?

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin: De plant verliest zijn bladeren in de herfst.

Wat is de bepaling van tijd in de volgende zin: De jongen was de beste speler in de finale.

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin: De jongens trekken het beeld naar beneden.

De ober serveerde het eten aan zijn gasten. Wat is het onderwerp?

2,3 kilogram = hoeveel gram? (Vul alleen het getal in)

1,62 decagram is hoeveel decigram? Vul alleen het getal in.

0,15 gram is hoeveel milligram? Vul alleen het getal in.

25 centigram is hoeveel gram? Vul alleen het getal in.

Vul alleen het getal in: 0,2 hectogram is hoeveel gram?

Wat is de bepaling van tijd in de volgende zin: De jongen was in de finale de beste speler.