Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
aiToolsTab
Beta
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Van Stad naar Megastad
Van Stad naar Megastad
1 / 28
suivant
Slide 1:
Diapositive
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Cette leçon contient
28 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositive de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Van Stad naar Megastad
Slide 1 - Diapositive
Het tijdvak Steden en staten valt in de periode ...
A
Prehistorie
B
Oudheid
C
Vroege middeleeuwen
D
Late middeleeuwen
Slide 2 - Quiz
Het tijdvak Steden en Staten is van?
A
500-1000
B
1200-1500
C
1000-1500
D
1500-1600
Slide 3 - Quiz
Een andere naam voor het tijdvak "steden en staten" is..
A
Prehistorie
B
Oudheid
C
Middeleeuwen
D
Moderne tijd
Slide 4 - Quiz
Beschrijf hoe ambachten ontstonden.
Gebruik de volgende woorden: overschot in de landbouw-specialisatie van beroepen
Slide 5 - Question ouverte
Waarom is een voedseloverschot noodzakelijk voor het ontstaan van nieuwe beroepen (specialisatie?)
Slide 6 - Question ouverte
Wat was het drieslagstelsel?
A
Een landbouw methode waarbij gebruik wordt gemaakt van twee stukken landbouwgrond waarvan er 1 braak ligt.
B
Een landbouw methode waarbij gebruik wordt gemaakt van zoveel mogelijk stukken landbouwgrond waarvan er 1 braak ligt.
C
Een landbouw methode waarbij gebruik wordt gemaakt van drie stukken landbouwgrond waarvan er 1 braak ligt.
D
Een landbouwmethode waarbij op het ene stuk land zomergraan wordt verbouwd en op het andere stuk wintergraan.
Slide 7 - Quiz
Wat is GEEN gevolg van het 'drieslagstelsel'?
A
meer overschotten
B
meer handel
C
minder misoogsten
D
meer hongersnood
Slide 8 - Quiz
In de bron zie je een middeleeuwse uitvinding, de jukhals. Leg uit hoe deze uitvinding heeft bijgedragen aan het ontstaan van steden?
Slide 9 - Question ouverte
De ligging van de stad:
Op wat voor plekken ontstaan steden?
Slide 10 - Question ouverte
Bij directe ruil gebruiken we geld als ruilmiddel?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Als je geld als ruilmiddel gebruikt, is er sprake van ...
A
Directe ruil
B
Indirecte ruil
Slide 12 - Quiz
Wat mocht een stad met stadsrechten?
Slide 13 - Question ouverte
Welk stadsrecht zie je op de afbeelding?
Slide 14 - Question ouverte
Wat is het nadeel van stadsrechten voor de heer?
Slide 15 - Question ouverte
Het gilde controleert de kwaliteit en de prijs van de producten die de gildeleden maken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quiz
In de late middeleeuwen probeerden vorsten te centraliseren.
Welk voorbeeld past niet bij dit proces van staatsvorming?
A
Koningen ontvingen steeds meer belastinginkomsten
B
Koningen stelden ambtenaren aan om het land te besturen
C
Koningen maakten gebruik van huwelijkspolitiek
D
Koningen overlegden met parlementen
Slide 17 - Quiz
Twee uitspraken:
1. Het feodalisme hoort meer bij de Vroege Middeleeuwen (500-1000) dan bij de Late Middeleeuwen (1000-1500).
2. Door de invoering van staatsvorming en centralisatie wordt de macht van de koning in de Late Middeleeuwen alsmaar zwakker.
A
Alleen uitspraak 1 is juist
B
Alleen uitspraak 2 is juist
C
Beide uitspraken zijn juist
D
Beide uitspraken zijn onjuist
Slide 18 - Quiz
Wat is een agglomeratie?
A
Dorp dat uitgroeit tot stad
B
een groot stedelijk gebied
C
een stad waar mensen wegtrekken
D
Stad met daaraan vastgegroeide randgemeenten
Slide 19 - Quiz
Wat is suburbanisatie?
A
Het verhuizen van mensen uit een dorp naar plaatsen in de omgeving van die stad.
B
Het verhuizen van mensen uit een stad naar plaatsen in de omgeving van die agglomeratie.
C
Het migreren van mensen uit een stad naar plaatsen in de omgeving van die stad.
D
Het verhuizen van mensen uit een stad naar plaatsen in de omgeving van die stad.
Slide 20 - Quiz
Een gevolg van de industrialisatie was 'urbanisatie'.
Wat betekent urbanisatie?
Slide 21 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen een stadscentrum en een binnenstad?
Slide 22 - Question ouverte
Wat is stadsvernieuwing?
A
Het verhogen van de criminaliteit in een stad.
B
Het verlagen van de levenskwaliteit in een stad.
C
Het verslechteren van een stad door middel van renovatie.
D
Het verbeteren van een stad door middel van renovatie.
Slide 23 - Quiz
WAT IS LEEFBAARHEID
A
Leefbaarheid gaat over hoe lang je leeft
B
Leefbaarheid gaat over wat je nodig hebt om te leven
C
Leefbaarheid is wat een buurt fijn maakt om in te wonen of werken.
D
Leefbaarheid gaat over hoeveel kinderen je kunt krijgen
Slide 24 - Quiz
Een zelfbouwwijk = een krottenwijk
A
juist
B
onjuist
Slide 25 - Quiz
Wat is géén kenmerk van een krottenwijk?
A
Slechte bouwmaterialen
B
Central Business District (CBD)
C
Op gevaarlijke plekken
D
Geen riolering, waterleiding of elektriciteit
Slide 26 - Quiz
Wat is een kenmerk van een krottenwijk?
A
Moderne woningen
B
Hoog inkomen
C
Slechte infrastructuur
D
Armoede
Slide 27 - Quiz
Wat is een krottenwijk
Slide 28 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
M&M - H4 - 4.3 Steden in de wereld
December 2024
- Leçon avec
24 diapositives
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
Quiz h4
February 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
4.1 & 4.2 Opkomst van steden
November 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
QUIZ H4
May 2024
- Leçon avec
33 diapositives
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
H4 - Stad en land
March 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
M&M - H4 - 4.1 Het ontstaan van steden
December 2024
- Leçon avec
31 diapositives
Mens & Maatschappij
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
Staatsvorming en Centralisatie
9 hours ago
- Leçon avec
24 diapositives
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
6. Ontwikkelingen in de landbouw en ontstaan van steden
May 2021
- Leçon avec
16 diapositives
Geschiedenis
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1