Werk

Werk
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Werk

Slide 1 - Diapositive

Inhoud
Als je klaar bent met je opleiding, ga je waarschijnlijk op zoek naar werk: je betreedt de arbeidsmarkt. 
Weet je al wat er komt kijken bij werken? 
Welke rechten en plichten heb je als werknemer? 
En wat gebeurt er als je je baan verliest of geen werk kunt vinden?

Slide 2 - Diapositive

In deze taak leer je:
- wat de arbeidsmarkt is en hoe deze verandert;
- wat arbeidsvoorwaarden zijn en waarin ze worden vastgelegd;
- welke rechten en plichten je als werknemer hebt;
- met welke problemen je tijdens je werk te maken kunt krijgen en hoe je daarmee om kunt gaan;
- hoe de verzorgingsstaat werkt.

Slide 3 - Diapositive

Arbeidsmarkt
Je hoort weleens op het nieuws dat de arbeidsmarkt aantrekt, of dat technologie de arbeidsmarkt verandert. Maar wat is dat eigenlijk, de arbeidsmarkt?
Met de arbeidsmarkt wordt het geheel van vraag naar en aanbod van arbeidskrachten bedoeld.
De werkgevers die op zoek zijn naar werknemers vormen de vraag. Mensen die op zoek zijn naar werk vormen het aanbod.


Slide 4 - Diapositive

Veranderende arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt verandert voortdurend, bijvoorbeeld doordat consumenten andere behoeften krijgen.
Ze bestellen bijvoorbeeld vaker eten, waardoor er meer maaltijdbezorgers nodig zijn.
Technologische ontwikkelingen hebben ook invloed op de arbeidsmarkt.
Zo verdwijnen bepaalde functies in de administratieve sector doordat machines, computers en robots het werk van mensen overnemen.

Slide 5 - Diapositive

Wat zijn arbeidsvoorwaarden?

Slide 6 - Question ouverte

Arbeidsvoorwaarden
Voordat je ergens gaat werken maak je afspraken met je werkgever, bijvoorbeeld over hoeveel je gaat verdienen, over hoeveel vakantiedagen je krijgt en over hoeveel uur je per week gaat werken.
Deze afspraken noem je arbeidsvoorwaarden
Soms kun je ook tussentijds onderhandelen over je arbeidsvoorwaarden, bijvoorbeeld tijdens een functioneringsgesprek of als je een nieuwe functie krijgt.

Slide 7 - Diapositive

Arbeidsovereenkomst
Arbeidsvoorwaarden worden vastgelegd in een arbeidsovereenkomst. Een arbeidsovereenkomst is een contract dat je met je werkgever sluit. Dit contract kan tijdelijk zijn, bijvoorbeeld voor een halfjaar. Dit noem je een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd

Je kunt ook een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd krijgen, oftewel een vast contract. Dan heeft je arbeidsovereenkomst geen einddatum.

Slide 8 - Diapositive

Welke rechten heb je als werknemer?

Slide 9 - Question ouverte

Rechten
Als werknemer heb je verschillende rechten, zoals het recht op pauze en het recht op een veilige werkplek
Veel van deze rechten zijn vastgelegd in de wet. Daarin staat bijvoorbeeld dat iedere werknemer recht op het minimumloon heeft en dat hij zijn loon doorbetaald moet krijgen als hij ziek is.

Slide 10 - Diapositive

cao
Bepaalde rechten gelden alleen voor werknemers van een specifiek bedrijf of in een specifieke sector. Deze rechten staan in een cao (collectieve arbeidsovereenkomst). 
Dat is een document met afspraken tussen werknemers en werkgevers, bijvoorbeeld over de hoogte van het loon en het aantal vakantiedagen. 
Werkgevers moeten zich aan deze afspraken houden.

Slide 11 - Diapositive

vakbonden

Slide 12 - Carte mentale

vakbonden
Wat moet je doen als je werkgever jouw rechten schendt? Bijvoorbeeld door je te weinig salaris uit te betalen of doordat je niet genoeg pauze mag nemen? In dit soort situaties kan het handig zijn om lid te zijn van een vakbond. Dat is een organisatie die opkomt voor de rechten van werknemers, bijvoorbeeld door werknemers te adviseren over hun werktijden of uitbetaling van loon.

Elke sector heeft eigen vakbonden. Zo is FNV Bouwen & Wonen een vakbond voor de bouwsector en kunnen medewerkers in de zorg terecht bij CNV Zorg en Welzijn.

Slide 13 - Diapositive

onderhandelen
Vakbonden onderhandelen met werkgevers over cao’s om gunstigere afspraken voor werknemers te maken. Denk bijvoorbeeld aan een loonsverhoging of een betere pensioenregeling.



Soms komen vakbonden en werkgevers er samen niet uit, bijvoorbeeld als werkgevers niet akkoord gaan met een loonsverhoging. Vakbonden kunnen dan actie gaan voeren. Ze kunnen werkgevers bijvoorbeeld met een staking onder druk zetten om de lonen te verhogen.

Slide 14 - Diapositive

Regels
Je hebt als werknemer rechten, maar ook de plicht om je aan de regels op je werk te houden. 
Sommige regels zijn schriftelijk vastgelegd, bijvoorbeeld in een bedrijfsreglement
Daarin staat bijvoorbeeld bij wie je je ziek moet melden of hoe laat je op je werk moet zijn.

Slide 15 - Diapositive

Regels
In de meeste bedrijven gelden ook regels over veiligheid en gezondheid. Deze regels gelden voor zowel werknemers als werkgevers en zijn vastgelegd in de Arbowet (de Arbeidsomstandighedenwet). 
Zo geldt bij bouwbedrijven de regel dat je een helm moet dragen op de bouwplaats en als je in het ziekenhuis werkt moet je regelmatig je handen wassen.

Slide 16 - Diapositive

Bedrijfscultuur
In veel bedrijven gelden ook ongeschreven regels, oftewel normen. Een voorbeeld hiervan is dat je nette kleding moet dragen op je werk. 
Normen maken deel uit van de bedrijfscultuur: de normale gang van zaken in een bedrijf en de manier waarop collega’s met elkaar omgaan. 
Bij sommige bedrijven gaan collega’s bijvoorbeeld vriendschappelijk met elkaar om, terwijl bij andere bedrijven de sfeer zakelijker is.


Slide 17 - Diapositive

welke problemen kun je tegen komen op je werk?

Slide 18 - Question ouverte

Problemen op het werk
Ondanks regels over gezond en veilig werken, kun je een gezondheidsprobleem krijgen door je werk. Dat noem je een beroepsziekte. Je kunt bijvoorbeeld rugklachten krijgen als je voor je werk veel moet tillen of overspannen raken als je veel stress op je werk ervaart. 
Als je langere tijd gezondheidsproblemen hebt, verwijst je werkgever je door naar een bedrijfsarts. Die onderzoekt wanneer je weer kunt gaan werken en wat daarvoor nodig is. Ook begeleidt de bedrijfsarts je tot je weer volledig aan het werk bent.

Slide 19 - Diapositive

Ongewenst gedrag
Je kunt op je werk ook met ongewenst gedrag van je collega’s of leidinggevenden te maken krijgen, zoals pesten, discriminatie en seksuele intimidatie. Daardoor kun je je onprettig voelen, waardoor je je werk niet meer goed kunt doen. 
Ook verhoogt ongewenst gedrag de kans dat je overspannen raakt of een burn-out krijgt.

Slide 20 - Diapositive

Ongewenst gedrag
Als je te maken krijgt met ongewenst gedrag, kun je met je leidinggevende of een medewerker van personeelszaken praten. Ook kun je terecht bij een vertrouwenspersoon: iemand met wie je in vertrouwen kunt praten en met wie je naar een oplossing voor je probleem kunt zoeken.

Slide 21 - Diapositive

wat houdt een verzorgingsstaat in?

Slide 22 - Question ouverte

Verzorgingsstaat
Als je niet kunt werken doordat je langdurig ziek bent of als je geen geschikte baan kunt vinden, kun je hulp van de overheid krijgen. In de meeste gevallen heb je dan recht op een bedrag om van rond te komen: een uitkering.

Nederland kent verschillende uitkeringen, zoals een AOW-uitkering voor mensen die de pensioenleeftijd hebben bereikt en een Wajong-uitkering voor mensen die op jonge leeftijd gehandicapt zijn geraakt. Nederland is namelijk een verzorgingsstaat: een land waarin de overheid voor basisvoorzieningen zorgt.

Slide 23 - Diapositive