4.5 VWO 5BE Les 2 Break even in euro's en procenten 2024-2025

• Bedrijfseconomie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Begintaak

3vragen, wie heeft ze alledrie goed?

Wat is een prijsresultaat?

1. Gekochte grondstof blijkt duurder of goedkoper te zijn
2. De korting door inkoop van grote hoeveelheid grondstof
3. Het verschil tussen de werkelijke betaalde prijs en de standaardprijs
4. Het verschil tussen de voorcalculatie en de nacalculatie

Een negatief bezettingsresultaat is:

1. het verschil tussen de begrote en werkelijke constante kosten bij een hogere bezetting
2. het verschil tussen de begrote en werkelijke totale kosten bij een hogere bezetting
3. het deel van de constante kosten dat niet gedekt is omdat de werkelijke bezetting afwijkt van de verwachte bezetting
4. het deel van de constante kosten dat niet gedekt is omdat de werkelijke bezetting afwijkt van de normale bezetting

De kostprijs van een scooter is €950,-. De winstmarge is 45% van de kostprijs, de btw is 21%.
Wat wordt de consumentenprijs?

1. 2.090,-
2. 1377,50
3. 1666,78
4. 1149,50

950/100 x 45 = 427,50 (brutowinst)

950 + 427,50 = 1377,50 (nettoverkoopprijs)

1377,50/100 x 21 = 289,28 (btw)

1377,50 + 289,28 = 1666,78 (brutoverkoopprijs)

Brutoverkoopprijs en consumentenprijs is hetzelfde!

4.5 Break even in € en %

Programma

• Huiswerk 4.57 Dekkingsbijdrage
• Terugblik
• 4.5 Break-even in procenten
• Opdracht 4.58 en 4.59

Huiswerk 4.57 BE in €

Vraag 1, 2 en 3

4.57 Break even in €

1.  60 x q = 20 x q + 350.000

 q = 350.000 / (60 – 20) = 8.750 arbeidsuren

 Break-even omzet = 8.750 x 60 = € 525.000

2.200 – 100 – 30 = € 70,-

3. Break-even afzet = totale constante kosten / dekkingsbijdrage van één product

 Break-even afzet = 150.000 / 70 = 2.142,86 dus 2.143 stuks

Vraag 4, 5 en 6

4.57 Break even in €

4.

150.000 / 7.500 = € 20

5.

7.500 x (150 – 20 – 3) = € 952.500,-

6.

150 x q = 20 x q + 3 x q + 152.400

q = 152.400 / (150 – 20 – 3) = 1.200 t-shirts

Break-even omzet = 1.200 x 150 = € 180.000

Vraag 7,8 en 9

4.57 Break even in €

7.

1.525.000 / 6.100 = € 250,-

8.

250 x q = 50 x q + 400.000

q = 400.000 / (250 – 50) = 2.000 arbeidsuren

Break-even omzet = 2.000 x 250 = € 500.000,-

9.

100.000 x 7,50 – 130.000 – 8.800 – 20.000 = € 591.200,-

10,11 en 12

4.57 Break even in €

10.(130.000 + 20.000) / 100.000 = € 1,50

11.  TO – TK = 80.000

 7,50 x q – 1,30 x q – 0,20 x q – 8.800 = 80.000

 q = 88.800 / (7,50 – 1,30 – 0,20) = 14.800 stuks

 Bijbehorende omzet = 14.800 x 7,50 = € 111.000

12. Variabele kosten per product: 900.000 / 450.000 = € 2,00 per stuk

 Verkoopprijs x q = 2 x q + 650.000 (bij q = 100.000)

 Verkoopprijs x 100.000 = 2 x 100.000 + 650.000

 Verkoopprijs = 850.000 / 100.000 = € 8,50

13 en 14

4.57 Break even in €

13.

 TO = TK (ook bij break-even; waarbij TO bekend)

 350.000 = 5,50 x q + 2,50 x q + 150.000

 q = 200.000 / (5,50 + 2,50) = 25.000

 Verkoopprijs = 350.000 / 25.000 = € 14,-

14.

 2.000 x 50 = Variabele kosten per product x 50 + 80.000

 Variabele kosten per product = (100.000 – 80.000) / 50 = € 400,-

Terugblik

Bereken de break even afzet. (alleen cijfers)
De verkoopprijs van product A is €4,-
De variabele kosten waren €1,50 en de constante kosten €200.000,-

To = Tk -> €4 x q = €1,50 x q + €200.000,- 

€2,50 x q = €200.000,- €200.000,- / €2,50 = 80.000

Van een vof is het volgende gegeven:
Variabele kosten per product: € 120
Totale constante kosten: € 10.800
De break-even afzet is gelijk aan 60 stuks
Bereken de verkoopprijs die bij de break-even afzet wordt bereikt. (geen €, geen decimalen)

TK = TO 120*60 + 10.800 = 18.000

TO/q=p 18.000/60 = 300

Lexis verkoopt per jaar 525 blikken thee. De verkoopprijs inclusief btw van een blik thee is € 14,72. De inkoopprijs bedraagt € 11,-. De btw is 9%. De dekkingsbijdrage is:

1. € 2,50
2. € 3,31
3. € 11,00

Leerdoelen

1. Je kunt de break-even afzet en break-even omzet berekenen op basis van de dekkingsbijdrage in euro’s per uur of product.
2. Je kunt de break-even afzet en break-even omzet berekenen op basis van de dekkingsbijdrage in procenten van de omzet.

wat is het verschil uit tussen variabele kosten en constante kosten

1. constante kosten zijn afhankelijk van het aantal producten dat wordt gemaakt
2. Variabele kosten zijn afhankelijk van het aantal producten dat wordt gemaakt

Maken 4.58 Break even in %

De formule voor de break-even afzet is:

1. constante kosten / (inkoopprijs - variabele kosten)
2. variabele kosten / (inkoopprijs - variabele kosten)
3. constante kosten / (verkoopprijs - variabele kosten)
4. constante kosten / variabele kosten