NN6 2HAVO/VWO H5 GramWS Voegwoorden
1 / 20
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Door welk 'trucje' kun je het verschil bepalen tussen een hoofdzin en een bijzin?
Slide 2 - Question ouverte
Welk woord is een voegwoord?
A
een
B
en
C
die
D
zij
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Noteer het voegwoord:
Ik kon je niet whatsappen, want de batterij van mijn telefoon was leeg.
Ik kon je niet whatsappen, want de batterij van mijn telefoon was leeg.
Slide 11 - Question ouverte
Noteer het voegwoord:
Voordat hij naar de tandarts ging, poetste Patrick zijn tanden extra goed.
Voordat hij naar de tandarts ging, poetste Patrick zijn tanden extra goed.
Slide 12 - Question ouverte
Noteer het voegwoord:
Deze vakantie blijven we thuis en volgend jaar ook.
Deze vakantie blijven we thuis en volgend jaar ook.
Slide 13 - Question ouverte
Nevenschikkend of onderschikkend?
Ik trek een dikke jas aan, ZODAT ik het niet koud krijg.
Ik trek een dikke jas aan, ZODAT ik het niet koud krijg.
A
ns.vgw
B
os.vgw
Slide 14 - Quiz
Nevenschikkend of onderschikkend?
Sander is lid van een voetbalclub EN traint normaliter twee keer per week.
Sander is lid van een voetbalclub EN traint normaliter twee keer per week.
A
ns.vgw
B
os.vgw
Slide 15 - Quiz
Nevenschikkend of onderschikkend?
TOEN Myrthe op vakantie was in Oezbekistan, sliep ze in een tent, TOTDAT die begon te lekken.
TOEN Myrthe op vakantie was in Oezbekistan, sliep ze in een tent, TOTDAT die begon te lekken.
A
ns.vgw + ns.vgw
B
os.vgw + os.vgw
C
ns.vgw + os.vgw
D
os.vgw + ns.vgw
Slide 16 - Quiz
Nevenschikkend of onderschikkend?
Eva doet een dansje, TERWIJL Rick gitaar speelt EN Marieke een liedje zingt.
Eva doet een dansje, TERWIJL Rick gitaar speelt EN Marieke een liedje zingt.
A
ns.vgw + ns.vgw
B
os.vgw + os.vgw
C
ns.vgw + os.vgw
D
os.vgw + ns.vgw
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Diapositive
Schrijf een zin over iets uit jouw kamer, waarbij je een voegwoord gebruikt.
