Vrijdag 9 mei bijna weekend

• Nederlands
• ISK

Vrijdag 9 mei bijna weekend

Programma

15 minuten lezen

uitproberen huiswerklink Blooket

Voor de hardlopers: 

Zondag is het zover!

Weet iedereen waar zij/hij moet zijn?

Hoe laat? 

11 uur 's ochtends

bij de hoofden

tegenover het station

Het wordt een geweldige dag,

heel veel loopplezier!

Hoe doet klas V1E in vergelijking met andere klassen als het gaat om aanwezigheid op school?

Het antwoord? Niet zo goed. 

Wat betekent wat

groen = aanwezig (yes! geweldige leerlingen)

geel = afwezig en afgemeld (ziek/afspraak)

rood = afwezig en niet afgemeld (spijbelen)

Onze klas

41% = yes! geweldige leerlingen

24% = ziek / afspraak (doe dat na de les!)

35% = spijbelen

Wat zou het moeten zijn?

80% yes! geweldige leerlingen

15% ziek 

5% spijbelen

Er zijn 7 klassen, wij zijn 4e...

V1A 24

V1B 31

V1C 37

V1E 41

V1D 50

V1G 52

V1F 65

Kan dat beter?

Groepen

Het 4e en het 5e uur worden jullie in twee groepen verdeeld.

groep 1 heeft eerst horeca (het 4e uur)

en dan Nederlands (het 5e uur)

groep 2 heeft eerst Nederlands

en dan horeca

Groep 1:

Aise, Yorusalem, Diana, Shreya, Shinia, Shadha,
Mohammad H., Hamad, Ali H.

4e uur horeca

5e uur Nederlands

Groep 2:

Ivan D, Maksym, Ivan R. Albara, Yousif, Ali M.,

Mohammed A., Akif, Saliou

4e uur Nederlands

5e uur horeca

Volgende week

groep 2

4e uur horeca

5e uur Nederlands

groep 1 

4e uur Nederlands

5e uur horeca

Doelen

Als je concerete/duidelijke doelen stelt,

heb je een grote kans om sneller vooruit te gaan.

Je stelt een doel en je bedenkt hoe je dat doel gaat halen. 

Veel leerlingen

beginnen in september op Firda.

Wat wil je kunnen als je daar begint? 

Hoe makkelijk wil je het hebben als je daar begint?

Leerlingen die nog blijven in september:

hoe hoog wil je instromen op het MBO,
zodat je sneller je startkwalificatie hebt?

Beetje hulp

Als ik jullie vraag om zelf doelen te bedenken...

blijft het stil. 

Daarom heb ik samen met Karien 

een aantal doelen op papier gezet. 

Je kiest zelf (je mag ook zelf iets bedenken),

maar we helpen je alvast op weg!

Weet je hoe je moet leren?

Weten hoe je moet leren is belangrijk.

We hebben het daarover gehad in de lessen. 

Maar weet jij nog hoe je moet leren?

Hoe je dingen kunt onthouden?

Je moet het zelf doen

Hoezo? Jij bent toch de docent.

Klopt, maar ik kan niks in jouw hoofd stoppen.

Dat moet jij doen. 

Hoe dan?

Door:

uit te proberen en fouten te maken

te herhalen

te oefenen

aantekeningen te maken

(huiswerk te maken)

Maar ook mee te doen in Nederland.

Meedoen

dat doe je op school, in de winkel, bij de dokter of tandarts

op straat of het station

maar ook:

door bij een sportclub te gaan

Nederlandse vrienden te zoeken

een bijbaantje te zoeken (waarbij je kunt praten!)

Taaldoelen

Je krijgt nu het werkblad taaldoelen.

Voorkant = Wat wil je kunnen.

Achterkant = Wat ga je de komende week doen. 

10 minuten

Je krijgt 10 minuten om het in te vullen.

Klaar? Lever het blad bij mij in.

Volgende week gaan we kijken wat je hebt gedaan

en of dat heeft gewerkt.

Met andere woorden: evalueren.

Waarom doen we Blooket

Met Blooket kun je de betekenis van nieuwe woorden leren.

Hoe? Door het eerst fout te doen.

Door het daarna goed te doen, te onthouden en te herhalen. 

Je kunt Blooket ook alleen doen

Dan doe je de opdracht vaker en krijg je dus meer herhaling. 

De kans dat je het onthoudt,

wordt met elke herhaling groter! :-)

Resultaat

De docent kan zien 

wat je hebt gedaan: hoe vaak en hoeveel fouten

Ik stuur je een link per e-mail, 

open je outlook, zoek de mail, open de link.

Werkt het? 

Huiswerk

Doe voor maandag (thuis) vijf keer of vaker de Blooket 

om de woorden niveau roze in thema 10 

(extra) te oefenen. 

Werkwoorden

Thema 10 beginnersniveau

heeft 16 werkwoorden

Elk werkwoord

heeft verschillende vormen:

nu = tegenwoordige tijd

vroeger = verleden tijd

voltooide tijd = met hebben of zijn

De 16 werkwoorden 

staan op dit papier in hun drie verschillende vormen.

Wie wil het uitdelen? 

Welk werkwoord wordt in de voltooide tijd vervoegd met zijn?

1. merken
2. schrikken
3. sturen
4. interviewen

Van welk werkwoord wordt het voltooid deelwoord niet gebruikt?

1. snoepen
2. helpen
3. vertellen
4. beseffen

Bij welke werkwoorden komt het voltooid deelwoord niet altijd achteraan?

1. weggooien en ontdekken
2. slaan en schrikken
3. schrikken en merken
4. afsluiten en merken

Wat is een vaste uitdrukking?

1. spijt hebben van
2. kosten
3. bedenken
4. vertellen

Welk werkwoord gebruik je weleens?

Welk werkwoord begrijp je niet?