herhaling voegwoorden
1 / 16
La durée de la leçon est: 29 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Ik kom wel, ... ik kan niet lang blijven.
A
en
B
of
C
maar
D
want
Slide 2 - Quiz
Ik drink geen koffie, ... daar krijg ik buikpijn van.
A
en
B
of
C
maar
D
want
Slide 3 - Quiz
Jean ... Peter gaan naar school.
A
en
B
of
C
maar
D
want
Slide 4 - Quiz
Heb je zin in chocolademelk ... wil je liever een kop thee?
A
en
B
of
C
maar
D
want
Slide 5 - Quiz
Wat is het verschil tussen een hoofdzin en een bijzin?
Slide 6 - Carte mentale
Maak van 2 zinnen 1 zin:
Er is geen les. De docent is ziek.
Er is geen les. De docent is ziek.
Slide 7 - Question ouverte
Maak van 2 zinnen 1 zin:
Iedereen gaat naar huis. Het is vijf uur.
Iedereen gaat naar huis. Het is vijf uur.
Slide 8 - Question ouverte
Maak van 2 zinnen 1 zin:
We waren blij. We mochten naar huis.
We waren blij. We mochten naar huis.
Slide 9 - Question ouverte
... maandag heb ik hem niet meer gezien.
A
toen
B
als
C
sinds
Slide 10 - Quiz
... er brand uitbreekt, kunt u geen gebruik maken van de lift.
A
toen
B
als
C
sinds
Slide 11 - Quiz
... het mist, moet je voorzichtig en langzaam rijden.
A
toen
B
als
C
sinds
Slide 12 - Quiz
Hij gaat de hele dag vissen, ... zijn vrouw jarig is.
A
terwijl
B
toen
C
of
D
zodra
Slide 13 - Quiz
Ik zal mijn schulden terugbetalen, ... ik weer geld heb.
A
terwijl
B
toen
C
of
D
zodra
Slide 14 - Quiz
... Carla zich opmaakt, zit Jan naar haar te kijken.
A
terwijl
B
toen
C
of
D
zodra
Slide 15 - Quiz
Maak een zin met 'omdat'
