herhaling H6 3TL
1 / 15
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Productiefactoren
Slide 2 - Carte mentale
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
productiecapaciteit
Slide 5 - Carte mentale
De totale diervoederbranche verkoopt € 73 miljard aan hondenbrokken. De omzet in hondenbrokken voor het merk Royal Canin is € 17 miljard. Wat is hun marktaandeel in hondenbrokken?
Slide 6 - Question ouverte
Van fabrikant A is de omzet in maart € 200.000.
De waarde van de inkoop was € 125.000.
De bedrijfskosten kwamen op € 45.000. Wat was het nettoresultaat in maart? (geef aan of het winst of verlies was)
Slide 7 - Question ouverte
In een maand maakt bedrijf ABC een brutowinst van € 23.500. De inkoopwaarde bedroeg deze maand € 13.450. Hoeveel was de omzet in deze maand?
Slide 8 - Question ouverte
De inkoopprijs van een wakeboard is € 101,69. De Brutowinstmarge is 30%. Wat is de verkoopprijs exclusief BTW?
Slide 9 - Question ouverte
We gaan er van uit dat dit wakeboard een verkoopprijs excl. BTW heeft van € 132,18. Hoeveel is de verkoopprijs inclusief BTW?
Slide 10 - Question ouverte
Een fietshelm kost excl. BTW € 75. De inkoopprijs is € 45. Hoeveel procent is de brutowinstmarge van de inkoopprijs? (afronden op 1 decimaal)
Slide 11 - Question ouverte
Een banketbakker bakt 3120 taarten per week. Hij heeft 8 medewerkers die vijf dagen werken. Wat is de arbeidsproductiveit per dag?
