ACTIVITEIT 2: DE NATUUR ONDER DE LOEP (Lin)

ACTIVITEIT 2: DE NATUUR ONDER DE LOEP
Activiteit 2: 
De natuur onder de loep
We leren over verschillende 
loepen en ogen.
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
WOLager onderwijs

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

ACTIVITEIT 2: DE NATUUR ONDER DE LOEP
Activiteit 2: 
De natuur onder de loep
We leren over verschillende 
loepen en ogen.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

De foto's tonen enkele
toepassingen van lenzen. Vraag hen of ze alle toepassingen herkennen en
of ze zelf nog voorbeelden kunnen opsommen.

cameralens - lens van je oog - vergrootglas - microscoop - verrekijker - telescoop

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen een bolle en holle lens? 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klasindeling. 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom hebben sommige mensen een bril?

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sommige dieren, zoals de regenworm, hebben geen ogen. Ze gebruiken gebruiken andere zintuigen. 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn dieren die niet alle kleuren kunnen onderscheiden. Zo kunnen bijvoorbeeld muizen, ratten en konijnen geen roodtinten herkennen. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sommige dieren, zoals libellen, zien iets van heel ver. 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De richting waarin dieren kunnen kijken, 
verschilt ook erg. 
Insecten kunnen meestal in alle richtingen kijken. 
Dat komt omdat ze ogen hebben die uit heel veel kleine ogen bestaan: facetogen.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een vlieg heeft 4 000 ogen.
Een libelle heeft 30 000 ogen.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Daarom is het dus zo moeilijk...
om insecten dood te meppen.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

ws. p.9 + 10

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Benieuwd naar de volgende les?
condor
wervels
diersoort
gewervelde dieren

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions