Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Hamza
Diemer Jayden
Slide 1 - Diapositive
Bienvenue
Mardi 22 novembre:
Ik kan uitleggen hoe je de toekomende tijd vormt in het Frans
Ik kan regelmatige werkwoorden in de toekomende tijd vervoegen
Ik kan een eenvoudige zin maken in de toekomende tijd
Programme:
lessonup oefeningen
zelfstandig werk: interactieve opdrachten en mindmap/schema/samenvatting
nog tijd = SO (het was super goed gemaakt!)
log in lessonup, les gedeeld in de klas (of code)
Huiswerk voor vandaag (16A p. 67) : zelfcorrectie, antwoorden in SOM
Slide 2 - Diapositive
Welke werkwoordstijden ken je al in het Frans ? (antwoord in het Nederlands en/of Frans)
Slide 3 - Carte mentale
Nous aimions le sport.
Je joue au football.
Tu as mangé une pizza.
passé composé
présent
imparfait
Slide 4 - Question de remorquage
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Nous habitons à Breda. Staat de zin in de futur?
A
B
Slide 8 - Quiz
Elle finira ses devoirs.
A
B
Slide 9 - Quiz
Vous seriez fort.
A
B
Slide 10 - Quiz
Wat is de infinitief ?
Nous chercherons un job de vacances.
Slide 11 - Question ouverte
Wat is de infinitief ?
Je gagnerai beaucoup d'argent
Slide 12 - Question ouverte
Wat is de infinitief ? (let op, het is een uitzondering) Tu feras du sport l'an prochain?
Slide 13 - Question ouverte
Wat is de infinitief ? (let op, het is een uitzondering) Vous aurez faim ce soir?
Slide 14 - Question ouverte
Vous oser____ prendre la parole.
Le serveur servir______ le petit-déjeuner dans le restaurant.
Nous étudier_______ à l'étranger l'an prochain.
Elles aimer______ beaucoup leurs vacances.
Niet gebruitk
ai
as
a
ons
ez
ont
Slide 15 - Question de remorquage
Ils ... leurs devoirs. (finir) Vervoeg het werkwoord tussen haakjes in de futur.
je ......-ai nous ......-ons
tu ......-as vous ......-ez
il/elle/on ......-a ils/elles ......-ont
......... = infinitief
Slide 16 - Question ouverte
Mon frère ... en France. (habiter)
je ......-ai nous ......-ons
tu ......-as vous ......-ez
il/elle/on ......-a ils/elles ......-ont
......... = infinitief
Slide 17 - Question ouverte
Tu ... une pomme. (manger)
je ......-ai nous ......-ons
tu ......-as vous ......-ez
il/elle/on ......-a ils/elles ......-ont
......... = infinitief
Slide 18 - Question ouverte
Maak een Franse zin in de futur bij het plaatje.
je ......-ai nous ......-ons
tu ......-as vous ......-ez
il/elle/on ......-a ils/elles ......-ont
......... = infinitief
Slide 19 - Question ouverte
Qu'est-ce que tu regarderas vendredi soir? Beantwoord de vraag door een Franse zin te maken.
je ......-ai nous ......-ons
tu ......-as vous ......-ez
il/elle/on ......-a ils/elles ......-ont
......... = infinitief
Slide 20 - Question ouverte
Maak nu zelf een zin in de futur.
je ......-ai nous ......-ons
tu ......-as vous ......-ez
il/elle/on ......-a ils/elles ......-ont
......... = infinitief
Slide 21 - Question ouverte
Zelfstandig werk:
Nog oefening nodig? Op dit website (klik), oefen met de verschillende opdrachten (scroll naar beneden, minstens 3 verschillende opdrachten inclusief "theorievragen" oefening)
Maak je eigen mindmap/schema/samenvatting over le futur (laptop met bijv. canva, mindmup... of papier). Deel het op padlet (klik) (huiswerk voor morgen). Gebruik de theorie (apprendre 5 p. 83, de lessonup...)
Slide 22 - Diapositive
Ik kan uitleggen hoe je de toekomende tijd vormt in het Frans
😒🙁😐🙂😃
Slide 23 - Sondage
Ik kan regelmatige werkwoorden in de toekomende tijd vervoegen
😒🙁😐🙂😃
Slide 24 - Sondage
DEVOIRS (HUISWERK):
Maak je eigen mindmap/schema/samenvatting over le futur. Deel het op padlet (link in SOM)