Klas 1BK1 - Lesweek 31 - Les 1

Kapitel  drei / Thema Schule
Iedereen zit op zijn / haar eigen plaats!

Achtung!
Handys in der Safe, bitte

Op tafel ligt:
das Buch, das Heft, das Etui




1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Kapitel  drei / Thema Schule
Iedereen zit op zijn / haar eigen plaats!

Achtung!
Handys in der Safe, bitte

Op tafel ligt:
das Buch, das Heft, das Etui




Slide 1 - Diapositive

Was machst du diese Stunde?

  • Wichtig!
  • Hausaufgaben kontrollieren
  • Wortschatz 
  • Wie spät ist es?
  • (Slim Stampen)
  • Die Stunde beenden

Slide 2 - Diapositive

Lernziele
Was lernt ihr diese Stunde?

  • Je leert nieuwe Duitse woorden over het thema “Schule”.
  • Je kunt in het Duits zeggen hoe laat het is.


Slide 3 - Diapositive

Toetsoverzicht tot einde schooljaar
Nog 5 lessen Duits tot het einde van het schooljaar.
Donnerstag, den 5 Juni
Spreekvaardigheidsopdracht inleveren
Uitleg -> Donnerstag, den 20. Mai
Donnerstag, den 5 Juni
Leestoets
Lernliste N-D van Kapitel 3 (bonus)
Eind juni / Toetsweek
Hoofdstuktoets Kapitel 3
- Lernliste N - D 
- Grammatik
- Lernliste D - N (bonus)

Slide 4 - Diapositive

Hausaufgaben
BK  




KT                                                    






Slide 5 - Diapositive

Wortschatz
BK und KT 
- Ӧffnet euer Buch auf Seite 98 (KT -> Seite 100)

- Wir lesen zusammen die Lernliste N – D 
-> die rechte Reihe.

Ik lees voor en jullie zeggen na.

Slide 6 - Diapositive

die Uhrzeiten
de kloktijden

Slide 7 - Diapositive

ein Tipp! 

De Duitse kloktijden staan in dezelfde volgorde als in het Nederlands. 
Vertaal dus woord voor woord. 
Voorbeeld: vijf over vier = fünf nach vier

Slide 8 - Diapositive

Wichtige Wörter:


ein Uhr = een uur (es ist ein Uhr)
eine Stunde = een lesuur
 eine Viertelstunde = een kwartier
eine halbe Stunde = een half uur
ein Viertel = een kwart
halb = half
vor = voor
nach = over



Slide 9 - Diapositive

die Uhrzeiten

Het is drie uur

Het is kwart over drie

Het is half vier

Het is kwart voor vier
Es ist drei Uhr

Es ist Viertel nach drei

Es ist halb vier

Es ist Viertel vor vier.

Slide 10 - Diapositive

die Uhrzeiten

Het is drie uur

Het is vijf over drie

Het is tien voor half vier


Het is vijf over half vier

Het is tien voor vier
Es ist drei Uhr

Es ist funf nach drei

Es ist zehn vor halb vier
Es ist zwanzig nach drei

Es ist funf nach halb vier

Es ist zehn vor vier

Slide 11 - Diapositive

Vraag: Wie spät ist es? (Hoe laat is 't?)

Antwoord: Es ist....
    (Het is.....)



Kijk op de klok links en zeg in het Duits hoe laat het is:


 Es ist...  sieben Uhr.


Slide 12 - Diapositive

Wie spät ist es?

A
Es ist zehn Uhr.
B
Es ist halb sechs.
C
Es ist Viertel vor sieben.

Slide 13 - Quiz

Wie spät ist es?

A
Es ist neun Uhr .
B
Es ist fünf vor halb zehn.
C
Es ist halb eins.

Slide 14 - Quiz

Wie spät ist es?

A
Es ist elf Uhr.
B
Es ist Viertel nach zwei
C
Es ist Viertel vor sechs.

Slide 15 - Quiz

Wie spät ist es?

A
Es ist neun Uhr.
B
Es ist halb fünf .
C
Es ist Viertel vor neun.

Slide 16 - Quiz

Schrijf de kloktijd voluit in het Duits:
Het is half zes.
Es ist........

Slide 17 - Question ouverte

Schrijf de kloktijd voluit in het Duits:
Het is kwart over negen.
Es ist.........

Slide 18 - Question ouverte

Schrijf de kloktijd voluit in het Duits:
Het is kwart voor vier.
Es ist..............

Slide 19 - Question ouverte

Slim stampen
Pak je laptop
Ga naar Neue Kontakte online 
Kies voor Kapitel 3
Aan de linkerkant kies je voor "slim stampen"
Het gaat om de Lernliste N-D
Starten met ->  "kiezen".
Gaat dat goed? Selecteer dan "invul"
2 minuten de tijd om in te loggen.
Dan is iedereen aan het werk.
timer
2:00

Slide 20 - Diapositive

Hausaufgaben
- Hausaufgaben machen.
- In stilte.
- Ik loop rond om vragen te beantwoorden.
- 5 minuten tijd.
- Volgende les samen nakijken + huiswerkcontrole

- We nemen de opdrachten eerst samen door.

Slide 21 - Diapositive

Hausaufgaben
BK  




KT                                                    






Slide 22 - Diapositive

Zum Schluss
Hoe verliep de les?

Bedenk 1 woord.
Ik vraag kris / kras door de les.

Slide 23 - Diapositive