Het Menselijk Lichaam: Organen en Functies
1 / 17
La durée de la leçon est: 90 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 2 - Diapositive
Introduceer het leerdoel van de les en vertel de leerlingen wat ze zullen leren.
Wat weet je al over de organen van het menselijk lichaam?
Slide 3 - Carte mentale
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 4 - Lien
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 5 - Diapositive
Leg uit wat organen zijn en geef enkele voorbeelden.
Hoeveel helften heeft het hart?
A
1, er is namelijk 1 hart
B
het hart heeft 2 helften
C
het hart heeft 3 helften
D
het hart heeft gebieden, net als de hersenen
Slide 6 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 7 - Diapositive
Kleine omloop: zuurstof arm bloed vanuit lichaam
rechterhartkamer --> rechterboezem + kamer --> longslagader --> longen --> longader --> linkerboezem + kamer
Grote bloedsomloop: zuurstofrijk bloed verspreidt zich over het lichaam. Linkerkamer pompt het bloed in de aorta --> verspreidt via lichaamsslagaders --> komt zuurstofarm terug door de lichaamsaders.
Hoe komt zuurstof in ons bloed denk je?
Slide 8 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 9 - Diapositive
Beschrijf de longen en hun functies.
Slide 10 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe maakt de maag het voedsel klein denk je?
Slide 11 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 12 - Diapositive
Leg uit waar de maag is en wat het doet.
Slide 13 - Diapositive
Beschrijf de lever en zijn functies.
Hoeveel nieren heb je?
A
1
B
3
C
2
D
4
Slide 14 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 15 - Diapositive
Leg uit waar de nieren zijn en wat ze doen.
Slide 16 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat weet je nog? Kies een orgaan en beschrijf hoe deze werkt.
Slide 17 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
