16-5-2025 vertaling naar en bij (2)

Willkommen!
Kom rustig binnen;
Pak je spullen er alvast bij;
Wacht totdat de docent begint met de les.
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Willkommen!
Kom rustig binnen;
Pak je spullen er alvast bij;
Wacht totdat de docent begint met de les.

Slide 1 - Diapositive

Der Unterrichtplan

- Rückblick "vertaling naar en bij 
- Lektion 2 Aufg. 6 und 8  kontrollieren 
 - uitleg ww. werden. 

Fertig? 

- Lernen Wörter Lektion 2. 










 

Slide 2 - Diapositive

Zürich

Slide 3 - Diapositive

die Lernziele:  

- Je weet hoe je naar en bij moet gebruiken en vertalen. 

Je weet wat de betekenis van het werkwoord “werden” is


Je kunt de vormen van het werkwoord “werden” juist toepassen.

Herhaling “vragend voornaamwoord” en voltooid deelwoord (Perfekt)


Slide 4 - Diapositive

Kies uit: zu, nach of in
Ich fahre ...... Spanien

Slide 5 - Question ouverte

Kies uit: zu, nach of in
Wissen Sie, wie ich ...... dem Bahnhof komme?

Slide 6 - Question ouverte

Kies uit: zu, nach of in
Ich gehe morgen ...... meiner Oma.

Slide 7 - Question ouverte

Kies uit: zu, nach of in
Im Urlaub fahren wir ....... die Schweiz

Slide 8 - Question ouverte

Kies uit: zu, nach of in.
Du fährst hier .............links.

Slide 9 - Question ouverte

Hausaufgaben: 6 und 8 kontrollieren
 





Fertig? lernen Wörter Lektion 3
Woordentrainer (online methode "Na Klar")
timer
5:00

Slide 10 - Diapositive

Het onregelmatig ww. 
werden

werden:   

                                       
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
werde
wirst
wird

werden
werdet
werden
werden heeft 2 betekenissen:
  1. worden
  2. zullen

Bijv. Ich werde morgen kommen. =
         Ik zal morgen komen.

Ich werde nächste Woche 17              Jahre alt. = Ik word volgende week 17 jaar. 




Slide 11 - Diapositive

(werden) du ...
A
wurst
B
wirst
C
wird
D
werdst

Slide 12 - Quiz

(werden) sie (ev) ...
A
wordt
B
werdet
C
wird
D
wirst

Slide 13 - Quiz

(werden) wir ...
A
worden
B
wurden
C
werden
D
wirden

Slide 14 - Quiz

Macht jetzt selbstständig: Kapitel 6 Lektion 2: Aufg. 9, 10  Kapitel 6 Lektion 3: Aufg. 1 und 2






Fertig? lernen Wörter Lektion 3
Woordentrainer (online methode "Na Klar")
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

                               



                        Hausaufgaben: Kapitel 6 Lektion 2: Aufg.                             9, 10 Kapitel 6 Lektion 3: Aufg. 1 und 2




Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive