Lidwoorden herhalen

Lidwoorden herhalen
- Herhalen le/la/l'/les
- Lidwoorden un/une
Oefenen
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Lidwoorden herhalen
- Herhalen le/la/l'/les
- Lidwoorden un/une
Oefenen

Slide 1 - Diapositive

Lidwoorden staan voor...
A
zelfstandige naamwoorden
B
bijvoeglijke naamwoorden
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp

Slide 2 - Quiz

Hoe vertaal je: le / la / l' / les ?
A
een
B
de
C
het
D
de of het

Slide 3 - Quiz

Waarom is het niet "le ami" of "la amie"?
l'ami
l'amie

Slide 4 - Question ouverte

Het lidwoord een
Het lidwoord een vertaal je met --> un / une


le frère
de broer
un frère
een broer
le poisson
de vis
un poisson
een vis
la tente
de tent
une tente
een tent
la piscine
het zwembad
une piscine
een zwembad

Slide 5 - Diapositive

Mnl.
Vrl.
Mv.
de/het
een
Les articles (de lidwoorden)
Un
La / L'
Une
Les
Le /L'

Slide 6 - Question de remorquage

C'est un / une / l' chien.
A
un
B
une
C
l'

Slide 7 - Quiz

Ma mère aime le / la / les vacances.
A
le
B
la
C
les

Slide 8 - Quiz

Je parle avec le / la / l' / les élève.
A
le
B
la
C
l'
D
les

Slide 9 - Quiz

Au travail
p. 32 ex. 16a
p. 33 ex. 16c, 16d, 17a
p. 34 ex. 17d + 17e + 18

Fini ? Leren voor de SO!

Slide 10 - Diapositive