Hersenen
1 / 30
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Hersenen
Slide 4 - Carte mentale
denk je dat je nu, op dít moment je hersenen gebruikt? Waarvoor?
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Vidéo
Waar zorgen onze hersenen voor?
A
kijken, bewegen, horen
B
kijken, bewegen, horen, emoties, ademhalen
C
kijken, bewegen, horen, emoties
D
kijken, bewegen, horen, emoties, ademhalen, hartkloppingen
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Vidéo
Slide 9 - Diapositive
met welk gedeelte van je hersenen kun je zien?
A
de voorkant
B
de bovenkant
C
de zijkant
D
de achterkant
Slide 10 - Quiz
Met welk gedeelte van van je hersenen kun je horen?
A
de voorkant
B
de bovenkant
C
de zijkant
D
de achterkant
Slide 11 - Quiz
Met welk gedeelte van de hersenen kun je ruiken?
A
De voorkant
B
De bovenkant
C
De zijkant
D
De achterkant
Slide 12 - Quiz
Hoe veel jaar duurt het voordat je hersenen volgroeid zijn?
A
24 jaar
B
25 jaar
C
20 jaar
D
26 jaar
Slide 13 - Quiz
Hoe vaak wordt er overgegooid door mensen in een wit shirt?
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Vidéo
Slide 16 - Vidéo
Je biologische klok bepaalt hoe laat je moe wordt en hoe laat je 's ochtends weer wakker wordt
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Waarmee verstoor jij je biologische klok?
Slide 18 - Question ouverte
Slide 19 - Vidéo
Hoeveel fases van slapen zijn er?
Slide 20 - Question ouverte
Fase 1
Fase 2
Fase 3
Fase 4
In deze fase val je lekker in slaap
in deze fase word je niet meer wakker van elk geluid
in deze fase rust je lichaam écht uit
in deze fase verwerk je alle informatie van de dag
Slide 21 - Question de remorquage
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Vidéo
Kun je dingen bedenken die ze in winkels doen om te zorgen dat je Kun je dingen bedenken die ze in winkels doen om te zorgen dat je meer gaat kopen? Trap jij daar wel eens in?
Slide 24 - Question ouverte
Slide 25 - Vidéo
Slide 26 - Diapositive
Uit hoeveel procent vet bestaan je hersenen?
A
0%
B
15%
C
60%
D
98%
Slide 27 - Quiz
Wat gebeurt er in de REM fase als je slaapt?
A
Dan remt je slaap af
B
Je droomt in deze fase
C
Je spieren spannen zich aan
D
Je bent net begonnen met slapen
Slide 28 - Quiz
Wat is een ander woord voor hersenen?
A
hoofd
B
kamer
C
schedel
D
brein
Slide 29 - Quiz
Waar zorgen onze hersenen voor?
A
kijken, bewegen, horen
B
kijken, bewegen, horen, emoties, ademhalen
C
kijken, bewegen, horen, emoties
D
kijken, bewegen, horen, emoties, ademhalen, hartkloppingen
