Ontwikkelingspsychologie les 2 (algemeen)

Inhoud van de les
  • algemene ontwikkeling van de baby
  • motorische ontwikkeling van de baby
  • cognitieve ontwikkeling van de baby
  • sociale ontwikkeling/persoonlijkheidsontwikkeling van de baby
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Inhoud van de les
  • algemene ontwikkeling van de baby
  • motorische ontwikkeling van de baby
  • cognitieve ontwikkeling van de baby
  • sociale ontwikkeling/persoonlijkheidsontwikkeling van de baby

Slide 1 - Diapositive

Leg uit: wat betekenen de drie onderstaande begrippen:
Ontwikkelingsfasen - Ontwikkelingstaken - Ontwikkelingsaspecten

Slide 2 - Question ouverte

Module Ontwikkeling 2
Ontwikkelingspsychologie over de Baby

Slide 3 - Diapositive

Ontwikkelingsfase - Ontwikkelingstaak - 
Ontwikkelingsaspecten
  • Een ontwikkelingsfase is een periode in het leven van de mens die te onderscheiden is van andere perioden. Bij deze periode horen bepaalde kenmerkende gedragingen.
  • Een ontwikkelingstaak is een stap die ieder kind (0-19 jaar) in zijn ontwikkeling moet nemen om een stap verder te komen in die ontwikkeling.
  • Wanneer je je verdiept in de ontwikkeling van de mens, dan is het handig om uit te gaan van verschillende deelaspecten binnen die ontwikkeling: de ontwikkelingsaspecten/ontwikkelingsgebieden

Slide 4 - Diapositive

De ontwikkeling voor de geboorte
  • 22 van de 23 menselijke chromosomenparen bevatten ieder twee gelijk soortige chromosomen.
  • De enige uitzondering is het 23e paar: dit is het paar dat het geslacht van het kind vaststelt.
  • Wanneer het chromosomenpaar XX is, dan is het een meisje, is het chromosomenpaar XY, dan wordt het een jongen. 

Slide 5 - Diapositive

Moeders die alcohol, tabak en cafeïne gebruiken
  • Wanneer er door een moeder drugs of alcohol tijdens de zwangerschap kan dat gevolg hebben voor de ontwikkeling van een baby.
  • Gevolgen hiervan zijn het FAS en FAE syndroom.

Slide 6 - Diapositive

Zoek op:
Wat betekend FAS & FAE?

Slide 7 - Carte mentale

FAS & FAE
FAS: Foetaal Alcohol Syndroom --> 
Een stoornis die wordt veroorzaakt doordat de moeder tijdens har zwangerschap aanzienlijke hoeveelheden alcohol neemt en die kan leiden tot verstandelijke beperkingen en groeiachterstanden.
FAE: Foetale Alcohol Effecten -->
Een situatie waarin kinderen als gevolg van het alcoholgebruik van hun moeder een aantal problemen vertonen die kenmerkend zijn voor het foetale alcohol syndroom.


Slide 8 - Diapositive

De Apgar-score
  • Meestal wordt een pasgeboren baby eerst aan een snelle visuele inspectie onderworpen. Verloskundigen en gynaecologen gebruiken de Apgar-score. 
  • Dit is een meetsysteem waarmee de gezondheid van een pasgeboren baby kan worden bepaald aan de hand van verschillende factoren. 
  • Dit systeem richt zich op 5 fundamentele eigenschappen: de hartslag, huidskleur, reflexen, spierspanning en ademhaling.

Slide 9 - Diapositive

Conditionering bij een baby
  • Hoort bij de behavioristische stroming
  • Gedrag wordt in de loop der jaren aangeleerd -> conditioneren.
  • vraag: Hoe zou conditionering bij baby's eruit zien?

Slide 10 - Diapositive

Voorbeelden conditionering bij baby's 
VB: Een hongerige baby stopt met huilen wanneer haar moeder haar oppakt omdat ze opgepakt worden heeft leren associëren met het krijgen van voeding. (Pavlov)
(denk aan het belletje--> kwijlen --> ontvangen brokken)
VB: Een baby die leert dat glimlachen naar zijn ouders positieve aandacht oplevert, zal misschien vaker gaan glimlachen (Skinner)

Slide 11 - Diapositive

Motorische Ontwikkeling
reflexen - niet aangeleerde, gestructureerde en onvrijwillige responsen (reacties) die automatisch optreden.
vraag: welke reflexen zou een Baby gebruiken? 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Grove Motoriek
Vul voor je zelf in: Hoeveel maanden is een baby bij de onderstaande gedragingen.
.... maanden = Omrollen
.... maanden = een rammelaar vastpakken
.... maanden = zitten zonder ondersteuning
.... maanden = staan met houvast
.... maanden = grijpen met duim en wijsvinger
.... maanden = goed zelfstandig staan
.... maanden = los lopen
.... maanden = een toren bouwen van twee blokken
.... maanden = traplopen
.... maanden = springen op de plaats

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Fijne motoriek
Tijdens het perfectioneren van hun grove motorische vaardigheden, zoals rechtop zitten en lopen, maken baby's ook vorderingen op het gebied van de fijne motoriek.

Slide 17 - Diapositive

Cognitieve Ontwikkeling 
  • Jean Piaget (Cognitivisme) geloofde dat mentale structuren, die hij schema's noemt, de fundamentele bouwstenen zijn van de manier waarop wij de wereld zien.
  • Adaptatie, assimilatie en accommodatie zijn belangrijke onderdelen in de schema's van Piaget.
Zoek op wat adaptatie, assimilatie en accommodatie betekend. 

Slide 18 - Diapositive

Adaptatie
  • De eigenschap om zich aan te passen aan de omgeving.
  • Mensen zijn er altijd op uit om betekenis te geven aan de dingen waarmee ze in aanraking komen.
  • Leren doe je door jouw systemen aan te passen. Adapteren is dan het proces waarmee kinderen veranderen in gedrag en denken om effectiever te kunnen functioneren

Slide 19 - Diapositive

Voorbeeld adaptatie
  • Een baby die voor het eerst een hapje vast voedsel krijgt. Tot dan toe was de baby alleen maar gewend aan het zuigen aan een tepel of op een speen om vloeibaar voedsel binnen te krijgen. 
  • Met de mondbewegingen die de baby maakt, wordt er meer eten naar buiten geduwd dan naar binnen gewerkt. Na een tijdje leert de baby het hapje wel effectiever met de mond naar binnen te werken. 
  • De baby heeft zijn mondbewegingen dus aangepast om het eten in zijn mond te krijgen. Door deze adaptatie kan het kind beter functioneren.

Slide 20 - Diapositive

Assimilatie
  • Iets nieuws 'plaatsen' binnen wat we al weten en begrijpen van de wereld.
  • Een jonge baby maakt de wereld 'grijpbaar' --> door alles binnen zijn bereik vast te pakken en zintuigelijk te onderzoeken.
  • Een baby die op een rammelaar probeert te zuigen, assimileert de rammelaar aan zijn bestaande 'zuigschema'

Slide 21 - Diapositive

Accommodatie
  • Het moment waarop de baby toe is aan bijstelling van zijn denkkader. Dat gebeurt als hij merkt dat hij geen nieuwe informatie meer opdoet op deze manier.
  • Heeft de baby op de voor hem 'vertrouwde' manier alle mogelijkheden van een speeltje verkend, dan gaat hij zich inspannen om te onderzoeken welke mogelijkheden het speeltje nog meer heeft.
  • Sabbelen aan een rammelaar zal hierdoor langzaam overgaan in het schudden ermee. 

Slide 22 - Diapositive

Sociale - en Persoonlijkheidsontwikkeling
Onderzoek wijst uit dat belangstelling, stress en walging de emoties zijn die vanaf de geboorte aanwezig zijn, de overige emoties ontwikkelen zich in de maanden erna.
  • Vanaf 0 maanden - belangstelling, stress, walging
  • Vanaf 3 maanden - Sociale glimlach
  • Vanaf 4 maanden - Woede, verbazing, verdriet
  • Vanaf 5 maanden - Angst
  • Vanaf 6 maanden - Schaamte, verlegenheid
  • Vanaf 23 maanden - minachting, schuldgevoel

Slide 23 - Diapositive

Zelfbesef
De baby leert begrijpen dat hij een eigen persoon is --> zelfbesef, dit is vanaf 12 maanden.

De rougetest --> hierbij krijgt de baby zonder dat hij het merkt een beetje rouge op zijn neus en wordt hij voor een spiegel gezet. Als baby's hun neus aanraken of proberen de rouge weg te vegen, vormt dat het bewijs dat ze kennis hebben over zichzelf.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Slide 26 - Diapositive