Les 4 Leesvaardigheid

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Les 4 Leesvaardigheid

- Je leert de opbouw van teksten herkennen.

- Je leert de kernzin aanwijzen.

- Je leert de hoofdgedachte formuleren.

- Je leert hoofd- en bijzaken onderscheiden.

- Je leert aanwijzen waar verwijswoorden naar verwijzen.

Lesdoelen

- Je leert (weer) de hoofdgedachte formuleren.

- Je leert (weer) hoofd- en bijzaken onderscheiden.

- Je leert (weer) aanwijzen waar verwijswoorden naar verwijzen.

Lesprogramma

- Welkom

- Lezen in leesboek (15 min)

- Huiswerk bespreken (10 min)

- Terugblikquiz (10 min)

- Zelfstandig werken (25 min)

- Afsluiting (5 min)

Terugblik: Huiswerk

Huiswerk: Talent A 3.3 Lezen, opdrachten: 10, 11, 12, 15, 16 (alleen a) en 17

Terugblikquiz H3 Lezen

Wat is de standaard tekstopbouw?

1. inleiding - slot - middenstuk/kern
2. slot - inleiding - middenstuk/kern
3. middenstuk/kern - inleiding - slot
4. inleiding - middenstuk/kern - slot

De tekstopbouw in een nieuwsbericht bestaat uit:

1. Inleiding - kern - slot
2. Inleiding - kern - samenvatting
3. Inleiding - kern
4. Inleiding - slot

Tekstopbouw:
Wat hoort er niet bij?

1. Inleiding
2. Middenstuk
3. Slot
4. Afbeeldingen

Wat is de meest voorkomende tekstopbouw?

1. driedeling: inleiding - uitleg - slot
2. tweedeling: inleiding - slot
3. tweedeling: inleiding - kern
4. driedeling: inleiding - kern - slot

Tekstopbouw:
Wat is geen doel van het slot?

1. Samenvatting geven
2. Een grappig verhaal vertellen
3. Conclusie weergeven
4. Een advies geven

Als een tekst geen slotalinea heeft, dan heeft de tekstopbouw een

1. tweedeling
2. driedeling

Onderwerp en hoofdgedachte:
Wat kan géén hoofdgedachte zijn?

1. Jongetje stoot beeld van 4.000 euro om en moet betalen
2. Honden troosten kinderen na aanslag in VS
3. Doden in China
4. Kangoeroe huppelt door weiland op Texel

Wat is de hoofdgedachte?

De hoofdgedachte = ?

1. Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
2. Arnhemmer Bart van den Akker.
3. Vogelspin in fruit
4. De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?

Wat betekent het woord hoofdgedachte?

1. De belangrijkste zin van een alinea
2. Het onderwerp van de tekst.
3. Een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent.
4. Het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd in één zin.

De hoofdgedachte is...

1. een uitgebreide samenvatting
2. een soort minisamenvatting
3. de titel van de tekst

Hier staan drie bijzaken en één hoofdzaak. Kies de hoofdzaak.

1. De T-Ford werd een groot succes door het gebruik van de lopende band.
2. De productietijd per auto daalt van 12 uur naar 26,5 minuut.
3. Ford breidt de verkoop en fabricage uit naar het buitenland.
4. In het begin van de jaren twintig bestaat de helft van alle auto's ter wereld uit T-Fords.

Hoofdzaak of bijzaak?

1. Hoofdzaak
2. Bijzaak

Wat is het verwijswoord:
Hij wil zodra hij zeventien is rijles nemen.

1. Hij
2. wil
3. zeventien
4. rijles

Een verwijswoord kan verwijzen naar:

1. één woord
2. een paar woorden
3. antwoord A, B en D zijn goed
4. een hele zin

Huiswerk dinsdag

Maak de opdrachten bij tekst 3 (samen tekst lezen)

Opdracht 18, 19, 20 , 21, 22, 23 en 24