Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
B-geel, woensdag 18 mei
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
- Stomme e (de sjwa - klank oefenen)
- Mini-dictee in tweetallen
- Geen / niet uitleg + oefenzinnen
- 'Wat doe je als' zinnen afmaken...
Slide 2 - Diapositive
De ontkenning
Slide 3 - Diapositive
Welke twee woorden kun je gebruiken om een zin negatief te maken?
Slide 4 - Question ouverte
De ontkenning
* Negatief
* Niet/geen
Wiaam drinkt geen water.
Mijn broer werkt niet.
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Vul de juiste ontkenning in:
Ik ben ... kabouter.
A
geen
B
niet
Slide 16 - Quiz
Vul de juiste ontkenning in:
Ik lust ... pannenkoeken.
A
niet
B
geen
Slide 17 - Quiz
Vul de juiste ontkenning in:
Ik hou ... van pannenkoeken.
A
niet
B
geen
Slide 18 - Quiz
Vul de juiste ontkenning in:
Ik heb mijn huiswerk ... gemaakt.
A
geen
B
niet
Slide 19 - Quiz
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Ga je op vakantie?
Slide 20 - Question ouverte
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Heb je een huisdier?
Slide 21 - Question ouverte
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Vind je hardlopen leuk?
Slide 22 - Question ouverte
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Heb je dansles?
Slide 23 - Question ouverte
Schrijf de regel in je eigen woorden op: wanneer gebruik je 'niet' en wanneer 'geen'?
Slide 24 - Question ouverte
Slide 25 - Diapositive
Disk
Slide 26 - Diapositive
Wat is vrije tijd?
Vrije tijd is de tijd die je hebt buiten je school of werk of andere verplichtingen
Mensen zijn in hun vrije tijd vaak bezig met ontspannen, hobby's, of leuke uitstapjes.
Slide 27 - Diapositive
Disk Taak
In je vrije tijd doe je verschillende dingen.
Geef antwoord op de vragen
Wat doe je als het mooi weer is? Als het mooi weer is,
dan ga ik naar buiten
Let op: dan ga ik>>> eerst het werkwoord!!!!
Slide 28 - Diapositive
Wat doe je als het regent? Als het regent,
Slide 29 - Question ouverte
Wat doe je in het weekend? Als het weekend is,
Slide 30 - Question ouverte
Wat doe je als je klaar bent met school? Als ik klaar ben met school,
Slide 31 - Question ouverte
Wat doe je als je ziek bent? Als ik ziek ben,
Slide 32 - Question ouverte
Wat doe je als het regent?
Slide 33 - Question ouverte
Wat doe je in het weekend?
Slide 34 - Question ouverte
Wat doe je als je klaar bent met school?
Slide 35 - Question ouverte
Wat doe je als je ziek bent?
Slide 36 - Question ouverte
Tik-tak, tik-tak
Zit in een kring. Je pakt omstebeurt een kaartje. Je beschrijft z.s.m. het woord dat op het kaartje staat. De andere leerlingen moeten het woord raden.
Let op de bom gaat af in 4 minuten!
Slide 37 - Diapositive
Wie is het?
Omschrijf de persoon voor een andere leerling. De andere leerling moet raden welk persoon de ander bedoelt.