Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
aiToolsTab
Beta
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
1.6 - 2.3
Herhaling 1.6 - 2.3
Schooljaar 2024 - 2025
1 / 35
suivant
Slide 1:
Diapositive
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 3
Cette leçon contient
35 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Herhaling 1.6 - 2.3
Schooljaar 2024 - 2025
Slide 1 - Diapositive
blz: 47 - 54
Slide 2 - Diapositive
blz: 47 - 48 + 50
timer
5:00
Slide 3 - Diapositive
Lezen blz 51 - 52
Slide 4 - Diapositive
In aardappelplanten wordt een gen ingebouwd, zodat ze resistent worden tegen aardappelmoeheid.
Hoe noem dit onderdeel van de moderne biotechnologie?
Slide 5 - Question ouverte
In aardappelplanten wordt een gen ingebouwd, zodat ze resistent worden tegen aardappelmoeheid.
Hoe verloopt het proces waarbij dit gen wordt ingebouwd in de aardappelplanten?
Zet in de juiste volgorde.
1
2
3
4
Het losgemaakte gen wordt vastgeplakt in een aardappelchromosoom.
Het gen tegen aardappelmoeheid wordt uit het chromosoom met deze eigenschap geknipt.
Er ontstaan resistente aardappelen.
Uit de cel met het aangepaste chromosoom worden aardappelplantengekweekt.
Slide 6 - Question de remorquage
Lees de tekst in de afbeelding hiernaast.
Op welke manier wordt bij kaasproductie gebruikt van biotechnologie?
A
Door het gebruik van chymosine.
B
Door het gebruik van melkzuurbacteriën.
C
Door het gebruik van chymosine en melkzuurbacteriën .
D
Door geen van de genoemde manieren.
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Wat is geen functie van het skelet?
A
Stevigheid
B
Beweging
C
Bescherming
D
Lengte
Slide 9 - Quiz
Welk bot wordt in de afbeelding aangewezen?
A
Ellepijp
B
Opperarmbeen
C
Spaakbeen
D
Ellenboog
Slide 10 - Quiz
Sleep de woorden en plaatjes naar het juiste type bot.
Zijn rond
geel beenmerg
Beschermen organen
rood beenmerg
Pijpbeenderen
Platte beenderen
stevigheid
Slide 11 - Question de remorquage
Liza zegt:
Hoe ouder je bent hoe meer tussencelstof er in je botten zit.
Mark zegt:
Hoe jonger je bent hoe meer kraakbeen.
Wie heeft er gelijk?
A
Liza
B
Mark
C
Liza & Mark
D
Geen van beiden
Slide 12 - Quiz
Sleep de woorden naar de juiste plek in de afbeelding.
tussencelstof veel lijmstof
tussencelstof veel kalk
Beencel
Kraakbeencel
Slide 13 - Question de remorquage
Slide 14 - Diapositive
blz 79
Slide 15 - Diapositive
blz 82
Slide 16 - Diapositive
Is de houding van dit meisje juist?
A
Ja, haar rug is recht
B
Ja, haar telefoon is laag
C
Nee, haar rug is krom
D
Nee, haar nek is krom
Slide 17 - Quiz
Wat is een hernia?
A
Een uitpuilende zenuw die op een wervel drukt.
B
Een uitpuilende wervel die op een zenuw drukt.
C
Een uitpuilende kraakbeenschijf die op een zenuw drukt
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Diapositive
blz 86
Slide 20 - Diapositive
blz 88
Slide 21 - Diapositive
Hoe heet gewricht nummer 4?
A
rolgewricht
B
zadelgewricht
C
scharniergewricht
D
eivormiggewricht
Slide 22 - Quiz
Hoe heet gewricht nummer 5?
A
rolgewricht
B
zadelgewricht
C
scharniergewricht
D
eivormiggewricht
Slide 23 - Quiz
blz 88
Slide 24 - Diapositive
Door welk deel van het gewricht wordt gewrichtssmeer gemaakt?
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsband
D
kraakbeenlaagje
Slide 25 - Quiz
Hoe heet het laagje vloeistof dat tussen de botten in het gewricht zit en ervoor zorgt dat de botten soepel langs elkaar kunnen bewegen?
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsband
D
kraakbeenlaagje
Slide 26 - Quiz
Sommige gewrichten hebben ___________ voor extra stevigheid.
A
gewrichtssmeer
B
gewrichtskapsel
C
gewrichtsbanden
D
kraakbeenlaagje
Slide 27 - Quiz
blz 92
Slide 28 - Diapositive
blz 92
Slide 29 - Diapositive
Als je de armbuigspier samentrekt, wordt de onderarm ..1.. getrokken. De arm wordt dan ..2..
Welke woorden passen op de lege plekken?
A
1=omlaag 2=gestrekt
B
1=omlaag 2=gebogen
C
1=omhoog 2=gebogen
D
1=omhoog 2=gestrekt
Slide 30 - Quiz
Als een spier samentrekt:
hoe lang kun jij dit?
De plank is een statische oefening, wat inhoudt dat je je lichaam een tijdje in een bepaalde houding moet houden zonder te bewegen.
A
wordt de spier korter en dunner
B
wordt de spier langer en dikker
C
wordt de spier korter en dikker
D
wordt de spier langer en dunner
Slide 31 - Quiz
Als deze spieren aanspannen
A
gaat de pols buigen
B
gaat de pols strekken
C
gebeurt er niets in de pols
D
gaat de pols draaien
Slide 32 - Quiz
Tonie zegt dat antagonisten spieren zijn die elkaar tegenwerken.
Eya zegt dat antagonisten spieren zijn waarvan het samentrekken een tegengesteld effect heeft.
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
Tonie waar Eya niet waar
D
Tonie nietwaar Eya waar
Slide 33 - Quiz
Beweging ontstaat doordat .... 1 .... kunnen samentrekken.
.... 2 .... kunnen niet samentrekken, maar zorgen voor verbinding met het bot.
A
1: spieren 2: spieren
B
1: pezen 2: pezen
C
1: pezen 2: spieren
D
1: spieren 2: pezen
Slide 34 - Quiz
Einde
Heb je vragen stel ze in de les!
Slide 35 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
19.1 deel Pezen, zelfstandig
June 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Herhaling hst 1 zelfstandig
June 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Klassikaal herhaling §1.4 - §1.6
June 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
3GT Max Editie > thema 5 stevigheid en beweging les 2
January 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Les 2 - De spieren
March 2024
- Leçon avec
18 diapositives
Wero
Lager onderwijs
2.4 les 2
December 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
7.4
October 2023
- Leçon avec
24 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
Formatieve toets hst 1 (NETH)
February 2023
- Leçon avec
37 diapositives
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3