Paragraaf 5.4.6

Paragraaf 5.4.6
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 32 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Paragraaf 5.4.6

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen (boek)
1. Je kunt uitleggen wat er wordt bedoeld met de Randstad als deltametropool.
2. Je weet welke steden er in de Noord – en Zuidvleugel van de Randstad liggen.
3. Je kunt bij elke stad benoemen wat deze stad kenmerkt.
4. Je kunt vier zaken noemen waarom de steden in Nederland belangrijk zijn voor de economie.
5. Je kunt uitleggen wat Scienceparks zijn.
6. Je kunt uitleggen wat de belevingseconomie is.
7. Je kunt uitleggen wat grootstedelijke functies zijn
8. Je kunt de begrippen drempelwaarde, reikwijdte en verzorgingsgebied uitleggen en met elkaar in verband brengen.
9. Je kunt de vier uitgangspunten van de structuurvisie voor de Randstad benoemen.
10. Je kunt vijf manieren noemen waarop de overheid probeert om de Randstad aantrekkelijk te maken voor (buitenlandse) bedrijven.

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen 
Artikel: ‘Tim Keller over de stad: een theologisch en praktisch perspectief’
$1. Je kunt drie theologische pijlers noemen waarom Keller denkt dat de stad een prominentere en positievere rol speelt.
$2. Je kunt vier sociologische pijlers noemen waarom Keller denkt dat de stad maatschappelijk betekenis.
$3. Je kunt zes dingen noemen die kerken in de stad kunnen doen volgens Keller.
$4. Je kunt de visie van Keller samenvatten en je eigen mening geven en motiveren in essayvorm.

Artikel Creatieve steden: Van succesverhaal naar nieuwe crisis
+1 Je kunt een definitie geven van de creatieve klasse.
+2 Je kunt uitleggen naar welke vier zaken deze klasse kijkt bij de keuze van een vestigingsplaats.
+3 Je kunt de vier kernproblemen van de nieuwe stedelijk crisis benoemen
+4 Je kunt het ontstaan van deze crisis verklaren


Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen 
Artikel: Ruimtelijke ordening in Nederland
*1 Je kunt zeven elementen noemen die onderdeel zijn van het ruimtelijk beleid
*2 Je kunt vier redenen geven waarom er na WOII behoefte kwam aan ruimtelijk beleid
*3 Je kunt uitleggen wat een nota ruimtelijke ordening is en welke rol ze spelen.
*4 Je kunt van elke Nota Ruimtelijke ordening aangeven in welke tijd hij is uitgekomen
*5 Je kunt van elke Nota Ruimtelijke ordering de belangrijkste concepten benoemen.
*6 Je kunt voor elke Nota Ruimtelijke Ordening aangeven wat kenmerkend was. (MC)
*7 Je kunt uitleggen wat de omgevingswet is
*8 Je kunt de zes kerninstrumenten van de omgevingswet benoemen en beschrijven.


Slide 4 - Diapositive

Tekstanalyse
1. Je kunt uitleggen wat er wordt bedoeld met de Randstad als deltametropool.
2. Je weet welke steden er in de Noord – en Zuidvleugel van de Randstad liggen.
3. Je kunt bij elke stad benoemen wat deze stad kenmerkt.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Tekstanalyse
4. Je kunt vier zaken noemen waarom de steden in Nederland belangrijk zijn voor de economie.
5. Je kunt uitleggen wat Scienceparks zijn.
6. Je kunt uitleggen wat de belevingseconomie is.
7. Je kunt uitleggen wat grootstedelijke functies zijn
8. Je kunt de begrippen drempelwaarde, reikwijdte en verzorgingsgebied uitleggen en met elkaar in verband brengen.


Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Leerdoelen (boek)
9. Je kunt de vier uitgangspunten van de structuurvisie voor de Randstad benoemen.
10. Je kunt vijf manieren noemen waarop de overheid probeert om de Randstad aantrekkelijk te maken voor (buitenlandse) bedrijven.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Huiswerk/Tekstanalyse
Artikel: Ruimtelijke ordening in Nederland
*1 Je kunt zeven elementen noemen die onderdeel zijn van het ruimtelijk beleid
*2 Je kunt vier redenen geven waarom er na WOII behoefte kwam aan ruimtelijk beleid
*3 Je kunt uitleggen wat een nota ruimtelijke ordening is en welke rol ze spelen.
*4 Je kunt van elke Nota Ruimtelijke ordening aangeven in welke tijd hij is uitgekomen
*5 Je kunt van elke Nota Ruimtelijke ordering de belangrijkste concepten benoemen.
*6 Je kunt voor elke Nota Ruimtelijke Ordening aangeven wat kenmerkend was. (MC)
*7 Je kunt uitleggen wat de omgevingswet is
*8 Je kunt de zes kerninstrumenten van de omgevingswet benoemen en beschrijven.
Artikel: ‘Tim Keller over de stad: een theologisch en praktisch perspectief’
$1. Je kunt drie theologische pijlers noemen waarom Keller denkt dat de stad een prominentere en positievere rol speelt.
$2. Je kunt vier sociologische pijlers noemen waarom Keller denkt dat de stad maatschappelijk betekenis.
$3. Je kunt zes dingen noemen die kerken in de stad kunnen doen volgens Keller.
$4. Je kunt de visie van Keller samenvatten en je eigen mening geven en motiveren in essayvorm.


Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

De Nederlandse Uitdaging
  • Klein, dichtbevolkt land met een complexe mix van functies (wonen, werken, landbouw, natuur).
  • Doel ruimtelijke ordening: Een optimale balans vinden voor de schaarse ruimte.
  • Historie: Begon met de strijd tegen het water en groeide na WOII door de noodzaak voor planning.

Slide 20 - Diapositive

De Nota's - De Blauwdruk van Nederland (1960-2001)
  • Nationale beleidsdocumenten van het Rijk die de visie voor de lange termijn vastlegden.
  • Vormden het kader voor provincies en gemeenten.
  • Weerspiegelen de veranderende maatschappelijke en economische inzichten.

Slide 21 - Diapositive

Evolutie van de Nota's
  • 1e Nota (1960): Focus op groei en spreiding (Groeikernen).
  • 2e Nota (1966): Bescherming van open ruimte (introductie Groene Hart).
  • 3e Nota (jaren '70): Meer focus op kwaliteit en milieu (begin Compacte Stad-idee).
  • 4e Nota (VINEX, jaren '90): Focus op economie (Mainports) en bouwen aan de stadsrand (VINEX-locaties).
  • 5e Nota (2001): Decentralisatie; meer verantwoordelijkheid voor provincies en gemeenten.

Slide 22 - Diapositive

Een Nieuw Tijdperk - De Omgevingswet (2024)
  • Vervangt tientallen wetten en honderden regels door één samenhangend stelsel.
  • Doelen: Regels vereenvoudigen, procedures versnellen, meer ruimte voor lokaal maatwerk.
  • Kerninstrumenten: Omgevingsvisie, Omgevingsplan, Omgevingsvergunning.

Slide 23 - Diapositive

Kerninstrumenten Omgevingswet
  • Omgevingsvisie: Strategische langetermijnvisie van Rijk, provincie of gemeente voor de gehele leefomgeving.
  • Omgevingsplan: Eén plan per gemeente met alle lokale regels (vervangt bestemmingsplannen). Geeft aan wat waar is toegestaan.
  • Omgevingsvergunning: Eén vergunning voor activiteiten als bouwen of verbouwen. Procedure is eenvoudiger en sneller ("Ja, mits...").

Slide 24 - Diapositive

Huidige grote uitdagingen
Integrale oplossingen zijn nodig voor:
  • Woningbouwtekort
  • Klimaatadaptatie (wateroverlast, droogte)
  • Energietransitie (windmolens, zonneparken)
  • Landbouwtransitie & Stikstof
  • Meervoudig ruimtegebruik (functies combineren op één locatie)

Slide 25 - Diapositive

Conclusie
Het beleid is geëvolueerd van centrale sturing (Nota's) naar decentrale afweging (Omgevingswet).

De kernuitdaging blijft hetzelfde: het slim en evenwichtig inrichten van een vol en dynamisch land.

Slide 26 - Diapositive

Creatieve Steden: Van Succesverhaal naar Crisis
De veranderende visie van Richard Florida

Slide 27 - Diapositive

Het Oude Idee: De Kracht van de Creatieve Klasse
  • Wie? De motor van de economie: wetenschappers, ingenieurs, professionals.
  • Wat? Zij zorgen voor innovatie, nieuwe bedrijven en economische groei.
  • Waarom? Ze kiezen een stad niet alleen voor een baan, maar vooral voor de sfeer en kwaliteit.

Slide 28 - Diapositive

De Sleutel tot Succes: De 3 T's
Volgens Florida's vroege werk trekken steden creatief talent aan met:
  • Talent: Een omgeving met veel andere slimme, getalenteerde mensen.
  • Technologie: Een moderne, innovatieve infrastructuur.
  • Tolerantie: Een open en inclusieve sfeer waar iedereen zichzelf kan zijn.
+ Een aantrekkelijke 'Plaats': Goede buurten, parken, cultuur en horeca.

Oude conclusie: Dit was hét recept voor een bloeiende stad.

Slide 29 - Diapositive

De kritische blik: De nieuwe stedelijke crisis
  • Jaren later ziet Florida dat het succes een schaduwzijde heeft.
  • De oude problemen (leegloop) zijn vervangen door een nieuwe crisis.
  • Deze crisis is een direct gevolg van het succes van de 'creatieve stad'.

Slide 30 - Diapositive

Kenmerken van de nieuwe crisis
  • Grote ongelijkheid: De "winnaars" worden rijker, terwijl mensen met cruciale beroepen (leraren, zorgpersoneel) uit de stad worden gedrukt. 
  • Onbetaalbaar wonen: Huizenprijzen zijn geëxplodeerd, wat leidt tot gentrificatie. 
  • Geografische kloof: Een diepe tweedeling tussen 'superster' steden (bv. Amsterdam) en regio's die achterblijven. 
  • Druk op de omgeving: Meer files en overbelaste infrastructuur rond de succesvolle steden.

Slide 31 - Diapositive

Conclusie: van optimisme naar kritiek
Eerst: Een hoopvolle visie op hoe steden succesvol konden worden door de creatieve klasse aan te trekken.

Later: De pijnlijke conclusie dat juist die succesfactoren hebben geleid tot diepe ongelijkheid, uitsluiting en polarisatie.

Slide 32 - Diapositive