1: zie je een voorzetsel in de zin staan?
--> ja = kijk bij welk rijtje het voorzetsel hoort
zaagsmen bv = 3e naamval (zu, aus, außer, gegenüber, seit, mit, entgegen, nach, bei, von)
dofegub = 4e naamval (durch, ohne, für, entlang, gegen, um bis)
haaninvuuz = 3e of 4e naamval (hinter, an, auf, neben, in, über, unter, vor, zwischen)
--> 3e naamval = plaats+tijdstip // 4e naamval = beweging // geen van beide = 7/2-regel (auf + über = 4e naamval, rest = 3e naamval)