Les 3: Groter dan, kleiner dan, gelijk aan

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Les 3:

Groter dan, kleiner dan, gelijk aan

Lesdoelen

* aan het einde van deze les weet ik wat dit teken betekent <

* aan het einde van deze les weet ik wat dit teken betekent > 

* aan het einde van deze les weet ik wat dit teken betekent = 

* aan het einde van de les kan ik de tekens toepassen

Even opwarmen...

Even terughalen wat we de vorige keer geleerd hebben

Wat klopt er niet aan onderstaande getallenlijn?

Welk getal wijst de pijl aan op de getallenlijn?

1. 808
2. 809
3. 880
4. 890

Welk getal wijst de pijl aan op de getallenlijn?

1. 36
2. 37
3. 38
4. 39

Positieve getallen

Negatieve getallen

2

-4

3490

-42412

0

439

-1

Sleep de getallen naar de juiste plek op de getallenlijn

2

-2

-3

Welke is goed?

1. Hij is groter als ik
2. Hij is groter dan ik

Welke is goed?

1. Net zo groot als ik
2. Net zo groot als mij

Welke is goed?

1. Zij is jonger als ik
2. Zij is jonger dan ik

Kleiner of groter dan: 9...........5

1. <
2. >
3. =

Kleiner of groter dan: 21.........42

1. <
2. >
3. =

Kleiner of groter dan: 34..........20+11

1. <
2. >
3. =

Kleiner of groter dan: 4x4..........8x2

1. <
2. >
3. =

Groter of kleiner?
0,4 ......... 5

1. <
2. >
3. =
4. ?

Kies uit groter of kleiner:
3 is ... dan -7

1. Groter
2. Kleiner

Aan de slag

Je krijgt een werkblad om nog even verder te oefenen. 

Succes! 

Afsluiting