De bedoeling van deze les is om woordjes te oefenen van les 1 t/m 13. Je kan de les vaker doen, als oefening voor de proefwerkweek.
Het zijn allerlei soorten opdrachten door elkaar heen.
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 20 min
Éléments de cette leçon
Verba TH 1-2
De bedoeling van deze les is om woordjes te oefenen van les 1 t/m 13. Je kan de les vaker doen, als oefening voor de proefwerkweek.
Het zijn allerlei soorten opdrachten door elkaar heen.
Slide 1 - Diapositive
appropinquare
A
(rond)zwerven, dwalen
B
naderen
C
onderzoeken, inspecteren
D
binnengaan, binnenkomen
Slide 2 - Quiz
venire
A
zijn
B
wonen
C
leven
D
komen
Slide 3 - Quiz
5. caput, capita
A
moeras
B
lans
C
hoofd
D
meer
Slide 4 - Quiz
urbs
A
paard
B
stad
C
hoog
D
soldaat
Slide 5 - Quiz
quidem ... sed
A
niet alleen ... maar ook
B
enerzijds ... anderzijds
C
wel(iswaar) ... maar
D
toen ... vervolgens
Slide 6 - Quiz
autem
A
maar
B
daar
C
want
D
dan
Slide 7 - Quiz
sedeo
A
zitten
B
Ik zit
C
aanwezig zijn
D
willen
Slide 8 - Quiz
In equo sedes, sed non bellum geris! Hoe vertaal je 'bellum geris'?
A
jullie voeren oorlog
B
ik voer oorlog
C
wij voeren oorlog
D
jij voert oorlog
Slide 9 - Quiz
inter (+ acc.)
A
naar, ... in
B
over, door ... heen
C
onder(in)
D
tussen, te midden van
Slide 10 - Quiz
perfectum van ponere =
A
ponui
B
posui
C
potui
Slide 11 - Quiz
Wat is de vertaling necare?
A
doden
B
huilen
C
roepen
D
(na)denken
Slide 12 - Quiz
soror
A
zus
B
broer
C
probleem
D
hulp
Slide 13 - Quiz
rex
flumen
portare
arbor
puer
clamare
Slide 14 - Question de remorquage
Zelfst. nw.
Werkwoord
Andere woordsoort
currit
senex
timet
femina
puer
enim
et
bellum
fugiunt
est
clamant
feminae
Slide 15 - Question de remorquage
Volgens welke verbuigingsgroep?
1: femina
2: servus / donum
3: rex / nomen
puella
aqua
femina
populus
servus
amicus
donum
saxum
mandatum
murus
mater
frater
mons
rex
nomen
flumen
Slide 16 - Question de remorquage
Met welke naamval gaat: 'appropinquare'
A
genitivus
B
dativus
C
accusativus
D
ablativus
Slide 17 - Quiz
Is de vertaling goed of fout? Leo gladiatorem pedibus vulneravit. De leeuw heeft de gladiator met zijn poten verwond.
A
goed
B
fout
Slide 18 - Quiz
ēstne leo bestias?
A
Ita
B
Minime
Slide 19 - Quiz
Veel hedendaagse namen zijn afgeleid uit het Latijn. Voor welke van de volgende namen geldt dat niet?
A
Andrea
B
Leo
C
Max
D
Victoria
Slide 20 - Quiz
leoni appropinquant
A
zij nadert de leeuw
B
de leeuwen naderen
C
de leeuw nadert
D
zij naderen de leeuw
Slide 21 - Quiz
Welk geslacht is soror, sorores?
A
mnl
B
vrl
C
onz
Slide 22 - Quiz
de dativus meervoud van soror =
A
sorori
B
sororis
C
sororibus
D
sororem
Slide 23 - Quiz
EQUI CAPUT r. 26
hulp
equi = gen (van equus, gr 2), want je vertaalt ook: "van het paard" (gen is hier dus bijV bepaling). caput = acc (onz ev van het woord CAPUT, CAPITA). Caput is hier LV (wat draaide ALexander naar de zon?)
A
equi = nom en caput = nom
B
equi = gen en caput = gen
C
equi = gen en caput = nom
D
equi = gen en caput = acc
Slide 24 - Quiz
Sleep de Latijnse woorden naar de juiste betekenis