Oefenen Schrijfvaardigheid

Oefenen Schrijfvaardigheid
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Oefenen Schrijfvaardigheid

Slide 1 - Diapositive

Vertaal: Mijn verjaardag is 23 juli. Ik word 15 jaar.

Slide 2 - Question ouverte

Vertaal: We zijn allebei creatief, maar zij is creatiever dan ik.

Slide 3 - Question ouverte

Vertaal: De keuken is op de begane grond, naast de woonkamer.

Slide 4 - Question ouverte

Vertaal: Ik poets mijn tanden om kwart over zeven.

Slide 5 - Question ouverte

Vertaal: Mijn lievelingsvak is Spaans, maar ik heb een hekel aan scheikunde.

Slide 6 - Question ouverte

Vertaal: Wat is je favoriete muziekinstrument?

Slide 7 - Question ouverte

Vertaal: Het is een driehoekig voorwerp van plastic.

Slide 8 - Question ouverte

Vertaal: Olivia en Sophie, zij zijn een beetje ongeduldig.

Slide 9 - Question ouverte

Geef antwoord: Est-ce que tu as un poisson rouge?

Slide 10 - Question ouverte

Geef antwoord: Qui est ton meilleur ami / ta meilleure amie?

Slide 11 - Question ouverte

Geef antwoord: Tu te lèves à quelle heure?

Slide 12 - Question ouverte

Geef antwoord: Tu peux décrire ta chambre?

Slide 13 - Question ouverte

Geef antwoord: Tu es fort(e) en quelles matières?

Slide 14 - Question ouverte

Geef antwoord: Tu t'entraînes souvent?

Slide 15 - Question ouverte

Beschrijf één van de voorwerpen die je ziet (forme, poids, couleur, matériau).

Slide 16 - Question ouverte

Beschrijf één van de drie personen die je ziet (personnage, vêtements, caractère)

Slide 17 - Question ouverte

Geef je mening: Frankrijk is een mooi vakantieland.

Slide 18 - Question ouverte

Verbeter de fouten in de zin: Il est née sur 3 september au Espagne.

Slide 19 - Question ouverte

Verbeter de fouten in de zin: Nous prefere le sports individuel à le sport en équipe.

Slide 20 - Question ouverte

Typ de zin over met de Franse accenten op de juiste plaats: A quelle heure est-ce que tu pars a l'ecole?

Slide 21 - Question ouverte

Typ de zin over met de Franse accenten op de juiste plaats: Mon numero de telephone, c'est le ...

Slide 22 - Question ouverte