Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Spelling §1 t/m §4
§1: 1 t/m 5
§2: 1, 2, 4, 5, 6
§3: 1 t/m 9
§4: 1 t/m 3
Slide 1 - Diapositive
3 april
Slide 2 - Diapositive
Cursus 7 spelling
Blz. 244
§1 hoofdletters en leestekens
Opdracht 1 t/m 5
Steeds de hele zin:)
timer
1:00
Slide 3 - Diapositive
4 april
Huiswerkcontrole
Nakijken opdracht 2
Werken aan opdracht 3 t/m 5
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Aan de slag
Blz. 245 opdracht 3 t/m 5 afmaken
Klaar?
Lezen óf opdracht 6
Nakijken om: 9.05u
timer
1:00
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
8 april
Les 1:
Huiswerkcontrole opdracht 5 §1
Nakijken opdracht 5
Lezen (20 min.)
Uitleg §2 spelling bijvoeglijk naamwoord
Les 2:
Opdrachten maken samen en zelf
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Lezen
timer
5:00
Slide 10 - Diapositive
§2 spelling bijvoeglijk naamwoord
Uitlegfilmpje
Opdracht 1 klassikaal
Slide 11 - Diapositive
§2 bijvoeglijk naamwoord
Maak opdracht 2, 4, 5* en 6
* bn + zn
Klaar? Keuze:
- opdracht 3
- opdracht 7
- Lezen
- §3 opdracht 1 t/m 9 (blz. 248)
timer
20:00
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
10 april
Nakijken huiswerk opdracht 4, 5 en 6 (blz. 247)
Samen bespreken opdracht 3
Opdracht 7 maken met elkaar
Lezen?
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Opdracht 3
De regel:
Een (niet-stoffelijk) bijvoeglijk naamwoord vóór een zelfstandig naamwoord krijgt altijd een e, behalve bij onzijdige (‘het’-woorden) in het enkelvoud met een onbepaald lidwoord (een…)
La durée de la leçon est: 45 min
