Talent 3.3 les 2 2TL

timer
10:00
Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

timer
10:00
Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen

Slide 1 - Diapositive

Vorige les
Je kan een mening met een argument bedenken
Je weet wat het signaalwoord reden is
Je weet wat een betoog is

Slide 2 - Diapositive

Met een betoog wil de schrijver je:
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 3 - Quiz

Wat is een betoog?
A
Een tekst met de mening van de schrijver.
B
Een gedicht over een onderwerp.
C
Een verhaal zonder mening.
D
Een informatieve tekst zonder argumenten.

Slide 4 - Quiz

Wat bevat de kern van een betoog?
A
Argumenten voor de mening.
B
De inleiding van de tekst.
C
Persoonlijke verhalen en anekdotes.
D
Een samenvatting van de argumenten.

Slide 5 - Quiz

Wat gebeurt er in het slot van een betoog?
A
De inleiding wordt herhaald.
B
Nieuwe argumenten worden gegeven.
C
Een vraag aan de lezer gesteld.
D
De schrijver herhaalt zijn mening.

Slide 6 - Quiz

Maak een zin met een mening en een argument met het signaalwoord daarom of omdat.

Slide 7 - Question ouverte

Doel vandaag:
Je leert het verband conclusie en de signaalwoorden die daarbij horen.
Je herhaalt wat de hoofdgedachte van een tekst is en hoe je die vindt.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Alle scholieren moeten dus verplicht leren reanimeren. Er is in de toekomst dan altijd iemand in de buurt die kan handelen in de belangrijke eerste zes minuten na een hartstilstand.

Wat is het signaalwoord bij het tekstverband conclusie?

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Het hele jaar door school
Het hele jaar door school. Dat is wat de teamleider van een school in Arnhem wil.
Volgens hem heeft het huidige onderwijs behoorlijk wat nadelen. Zo vindt teamleider
Mollema het niet juist dat de lessen nu voor alle leerlingen hetzelfde zijn, omdat iedereen
een eigen leermethode heeft die voor hem het best werkt. Sommige scholieren vervelen
zich omdat de stof te makkelijk is, terwijl anderen blijven zitten omdat de stof te moeilijk is.
En dat is nergens voor nodig, aldus Mollema.

Volgens Mollema zou er meer ruimte moeten komen voor leerlingen om zich in hun eigen
tempo te ontwikkelen. ‘Zie het als een marathon: iedereen rent in zijn eigen tempo en samen
zorgen we ervoor dat ze allemaal de finish halen.’

Slide 13 - Diapositive

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?


A
Leerlingen moeten betere cijfers halen en niet meer blijven zitten.
B
Leerlingen moeten het hele jaar door naar school kunnen.
C
Leerlingen zouden niet meer een jaar over moeten doen.

Slide 14 - Quiz

Onderzoek ‘stress’
Zes op de tien jongeren (60%) zegt wekelijks één of meerdere keren stress te hebben over school- of studiezaken. Dit blijkt uit een onderzoek van EenVandaag samen met jongerenkrant 7Days. In totaal deden 2400 jongeren tussen de 12 en 24 jaar mee aan het onderzoek. Hiervan zijn er 949 scholier en 1279 student. 

Het is nog de vraag of sociale media ook voor stress zorgen: slechts één op de tien (9%) deelnemers zegt hier wekelijks stress van te ondervinden. Wel geeft ruim een derde (34%) van de ondervraagden aan dat hun leven een stuk relaxter zou zijn zonder sociale media. 

Slide 15 - Diapositive

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?


A
Jongeren raken vooral gestrest door de druk van school en studie, in combinatie met sociale media.
B
School- en studiezaken zijn voor jongeren de voornaamste stressfactoren.
C
Stress door school en studie en een druk sociaal leven zorgt bij veel jongeren voor lichamelijke klachten.

Slide 16 - Quiz



Maak opdracht:
11a/b, 13, 14 a/b, 15 t/m 19 van §3.3
Gebruik de leerteksten:
  • signaalwoorden: conclusie
  • hoofdgedachte



* Maken opdrachten
* Nakijken
* lezen
* nabespreken doel van de les

Slide 17 - Diapositive

Nabespreken

Slide 18 - Diapositive

Welke delen van de tekst lees je om de hoofdgedachte te vinden?

Slide 19 - Question ouverte