Televisie en computer 10d

Televisie en computer 10d
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Televisie en computer 10d

Slide 1 - Diapositive

Inhoud
Huiswerk
Opdracht 15, 16, 19, 20, 21 en 22
Herhaling
Uitleg
Opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk
15: Een radicale nationalist is iemand die streeft naar de onafhankelijkheid van zijn land voor zijn eigen volk, met een eigen regering en daarmee zijn land radicaal wil veranderen.


16: In Kenia was de vruchtbaarste grond in bezit van enkele duizenden Britse boeren. Ook hadden de Kenianen niets te zeggen in het bestuur van de kolonie.  

19: Een symboolfiguur is iemand die ergens voor staat en die voor zijn volgers grote betekenis heeft vanwege zijn daden of meningen. Kenyatta had al jaren geprotesteerd tegen het grootgrondbezit van Europese boeren in Kenia. Zijn mening en zijn protest had daarmee grote betekenis voor veel Kenianen, omdat zij ook kwaad waren dat veel grond in bezit was van Britse boeren.

20 a: Hij was het niet eens met het geweld van de ‘Mau Mau’, maar wilde tonen dat Kenianen een vreedzaam volk waren.
20 b: Omdat hij een symboolfiguur was voor veel Kenianen en de nationalistische gevoelens van Kenianen kon vergroten. Dat was gevaarlijk voor de Britten.  




Slide 3 - Diapositive

Huiswerk
21 a: A4 B1 C3 D2 E5
21 b: Een boycot door de Kenianen van de verkiezingen zou ervoor zorgen dat de verkiezingen zouden mislukken. Er zou dan geen meerderheidsregering komen.

22 a: Bij de dekolonisatie van Indonesië vond een wrede oorlog plaats tussen Indonesië en Nederland. Bij de dekolonisatie van Kenia was er geen sprake van een oorlog.
22 b: De Britten hebben tijdens de dekolonisatie van Kenia wel met geweld een opstand neergeslagen. Het verliep dus niet helemaal vreedzaam.  









Slide 4 - Diapositive

Indonesië

Slide 5 - Carte mentale

Kenia

Slide 6 - Carte mentale

Einde koloniën
Tussen 1945 en 1975 zijn bijna alle koloniën onafhankelijk geworden. De dekolonisatie betekende dat er tientallen 'nieuwe' landen bijkwamen. Miljoenen mensen kregen voor het eerst een eigen bestuur en regering. 

Slide 7 - Diapositive

Jaar van Afrika
In 1960 werden zeventien Afrikaanse landen onafhankelijk binnen één jaar - Het Jaar van Afrika.

Dat was een keerpunt - het was nu duidelijk dat het koloniale tijdperk definitief zou eindigen. 


Slide 8 - Diapositive

Einde Nederlandse koloniën
Naast Indonesië had Nederland nog de kolonie Suriname en zes eilanden in de Caribische zee. 
Suriname werd in 1975 onafhankelijk door onderhandelingen. Van de eilanden kregen er drie een eigen regering. Zo werden ze onafhankelijke landen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. 
De drie anderen werden bijzondere gemeenten van Nederland. Samen worden deze eilanden ook wel 'Caribisch Nederland' genoemd. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Waarom volgde na de Tweede Wereldoorlog een golf van dekolonisatie?

De Europese landen waren verwoest en verarmd. Ze hadden tijdens de oorlog gevochten tegen onderdrukking. Daardoor begrepen ze beter dat de nationalisten in de koloniën ook tegen onderdrukking vochten. De Europeanen voelden nu dat  ze het recht niet hadden om de landen de bezetten. 

In veel koloniën hadden de bewoners ervaren hoe het leven was zonder Europees gezag, zoals in Indonesië o.l.v. Japan.  Ze vonden het niet logische dat het Europese gezag zomaar terugkwam. 

Slide 11 - Diapositive

Na de Tweede Wereldoorlog
In andere koloniën hadden Europeanen de bewoners gevraagd te helpen vechten tegen Duitsland. De Britten hadden dat bijvoorbeeld gedaan in India. 
Het was logisch dat de Indiërs daarna na de oorlog iets hiervoor terug wilden. Onafhankelijkheid betekende niet dat alle problemen ineens opgelost waren, maar het was een begin.

Slide 12 - Diapositive

Huiswerk
Opdracht 24, 26, 29, 32, 35 en 36 

Slide 13 - Diapositive