Communicatie PW

Communicatie en interactievaardigheden
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Communicatie en interactievaardigheden

Slide 1 - Diapositive

Communicatie

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Diapositive

Manieren van communiceren

Slide 6 - Carte mentale

Slide 7 - Diapositive

Wat versta jij onder communicatie?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat houdt Verbale en Non verbale communicatie in?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive

Aan welke communicatie kan je zien hoe het met iemand gaat?
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 13 - Quiz

Welke vorm van communicatie is het als mensen met elkaar praten
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 14 - Quiz

Mail schrijven is een vorm van
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Storingen tijdens de communicatie
Communiceren klinkt eenvoudig: je brengt een boodschap over en reageert daarop. Toch is het niet altijd zo gemakkelijk. 
Informatie kan vervormen, waardoor de boodschap anders bij je binnenkomt dan hij bedoeld is. Dit noem je ruis. 

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Gesprekstechnieken
LSD = Luisteren, Samenvatten, Doorvragen. LSD mag je dus gebruiken.
OMA = Oordelen, Meningen en Adviezen. ...
ANNA = Altijd Navragen, Nooit Aannemen. ...
NIVEA = Niet Invullen voor een Ander. ...
OEN = Open, Eerlijk en Nieuwsgierig. ...
DIK = Denken in Kwaliteiten (of Denken in Kansen)

Slide 21 - Diapositive

Filmpje maken

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive