3.3 en 3.4 Economische kenmerken

Startklaar
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Startklaar

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Overzicht Periode 3
  • Thema: Economische kenmerken
3 april
10 april
17 april
8 mei
15 mei
22 mei
29 mei
5 juni
12 juni
19 juni
Toetsbespreken en into Gambia
Culturele dimensie
Demografische dimensie:
bevolkingsdiagram
Demografische dimensie: kenmerken
Economische dimensie
Politieke dimensie en HDI
SO
Centrum-periferiemodel
Centrum-periferiemodel
Herhaling

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak de opdrachten op het uitdeelblad

Herhaling

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

           Leerdoelen
1. De leerlingen kennen de volgende aardrijkskundige dimensie: economisch. 

2. De leerlingen kennen het bruto nationaal product (bnp) per hoofd en de opbouw van de beroepsbevolking. 

3. De leerlingen kunnen deze indicatoren gebruiken om de economische situatie en ongelijkheid in Nederland en China te beschrijven en verklaren. 


Slide 5 - Diapositive

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Lezen, blz.48-49

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen, blz.46-47

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  Wat is de economische dimensie?
Economische dimensie:  De economische dimensie kijkt naar geld, werk en welvaart in een gebied.

Verschil tussen welvaart en welzijn?


Slide 8 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Human Development Index

Slide 9 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Bruto nationaal product
BNP per hoofd = Bruto Nationaal Product gedeeld door het aantal inwoners


Uitleg: De totale waarde van alle goederen en diensten die in een jaar worden geproduceerd, gedeeld door het aantal mensen.

Slide 10 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Ongelijkheid
Grote verschillen in welvaart en levensstandaard

In China: verschil tussen stad en platteland is groot

In Nederland: ook ongelijkheid, maar op kleiner niveau

Beroepsbevolking laat zien hoe ontwikkeld een economie is

Slide 11 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Ongelijkheid

Slide 12 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Infrastructuur = wegen
Spoorwegen

Slide 13 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Export en import

Slide 14 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Beroepsbevolking
Beroepsbevolking: Alle mensen die kunnen en mogen werken (meestal 15-65 jaar)


3 sectoren:
-Primaire sector: Landbouw (visserij, mijnbouw, boer)
-Secundaire sector: Industrie (bouw, fabrieken)
-Tertiaire sector: Diensten (winkels, banken, zorg)

Slide 15 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.
Waarom zijn er verschillen?
Geschiedenis: Nederland al langer rijk van kolonialisme; China pas recent snel ontwikkeld

Bevolking: China heeft veel meer mensen

Economie: Nederland = diensten
China = industrie & landbouw (nog steeds)

Investeringen en onderwijs spelen grote rol

Slide 16 - Diapositive

Nigeria
Samenvatting
Economische dimensie = alles wat met geld en werk te maken heeft

BNP per hoofd laat welvaart zien

Beroepsbevolking laat zien waar mensen werken

Nederland en China verschillen sterk in welvaart en opbouw van economie

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Werkboek, blz.54-56
opdrachten 4, 5a, 6, 7, 8

Slide 18 - Diapositive

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
LessonUp

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vier dimensies in de geografie helpen ons landen te vergelijken?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van de volgende lijsten bevat uitsluitend voorbeelden van de economische dimensie?
A
Geboortecijfer, sterftecijfer, migratie
B
Taal, religie, kunst
C
Stemrecht, regeringsvorm, wetten
D
Import, export, werkgelegenheid

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen het bnp en het bnp per inwoner?
A
Het bnp per inwoner is het totale bnp gedeeld door het aantal inwoners
B
Het bnp per inwoner is altijd hoger dan het bnp
C
Het bnp per inwoner meet alleen de export
D
Er is geen verschil tussen het bnp en het bnp per inwoner

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een kenmerk van welzijn?
A
Hoog bruto nationaal product
B
Aantal auto's per inwoner
C
Hoog inkomen
D
Mate van tevredenheid en geluk

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke drie kenmerken worden meegenomen in de Human Development Index (HDI)?
A
Levensverwachting, onderwijsniveau, inkomen
B
Religie, cultuur, taal
C
Export, import, werkgelegenheid
D
Geboortecijfer, sterftecijfer, migratie

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kies de goede sector bij de volgende woorden.
fabriek
leraar
industrie
tuinbouw
mijnbouw
houtzagerij
visserij
bank

Slide 25 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een voorbeeld van een beroep
in secundaire sector van economie

Slide 26 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke grafiek hoort bij Ethiopië? A of B?

De andere grafiek is voor Nederland.

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kun je zien dat dit diagram van Gambia is?

Slide 28 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van de onderstaande factoren draagt het meest bij aan het lage schoolbezoek in Gambia?
A
Er zijn te weinig kinderen in het land
B
Kinderen moeten vaak werken om het gezinsinkomen aan te vullen
C
De schoolgebouwen zijn te modern en duur
D
Er is een verplicht schoolsysteem dat streng wordt nageleefd

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen het soort producten dat Gambia importeert en exporteert?

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ziet u in de bron import- of exportpartners van Gambia?
A
import partners
B
export partners

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Over welke soort infrastructuur gaat het WEL in de bron?
A
wegen
B
internet
C
haven
D
vliegveld

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

           Begrippen
           uit deze les
Economische dimensie
BNP per hoofd
Bruto Nationaal Product
Welvaart
Beroepsbevolking
Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector


Inkomen

Economie

Ongelijkheid

Ontwikkelingsland

Verstedelijking


Slide 33 - Diapositive

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

 Topografie: Azië
nummers 30-51

Slide 34 - Diapositive

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Terugkijken 
op de leerdoelen
1. De leerlingen kennen de volgende aardrijkskundige dimensie: economisch. 

2. De leerlingen kennen het bruto nationaal product (bnp) per hoofd en de opbouw van de beroepsbevolking. 

3. De leerlingen kunnen deze indicatoren gebruiken om de economische situatie en ongelijkheid in Nederland en China te beschrijven en verklaren.

Slide 35 - Diapositive

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Welke van deze drie past het best bij Nederland?

Slide 36 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van deze drie past het best bij Nigeria?

Slide 37 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat betekent het als het geboortecijfer in een land hoog is?

A
Er wonen veel ouderen in dat land
B
Er worden weinig kinderen geboren
C
Er worden veel kinderen geboren
D
Er sterven veel mensen

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat zegt een bevolkingsdiagram in de vorm van een urn?

A
De bevolking groeit snel
B
Er zijn veel jongeren
C
De bevolking is stabiel
D
Er zijn weinig jongeren en veel ouderen

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Exit ticket

Slide 40 - Question ouverte

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Eindslide

Ruimte voor een afsluitend woord.

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions