6.4 Gelijkheid voor alle geloven

6.4 Gelijkheid voor alle geloven
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

6.4 Gelijkheid voor alle geloven

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat er in de 19e eeuw veranderde in de positie van verschillende religieuze groepen in Nederland.
  • Je kunt uitleggen wat de idealen van de confessionelen waren.
  • Je kunt beschrijven hoe de schoolstrijd verliep.

Slide 2 - Diapositive

  • Rep 7 v. NL (1588-1795):
    calvinisten (protestanten) meer rechten dan anderen
  • Bataafse Republiek (1795-1806):
    In 1798: godsdienstvrijheid -->  wel nog veel invloed protestanten op geloof. Verboden bijv. katholieke bisschoppen

Slide 3 - Diapositive

  • 1848: Grondwet Thorbecke -> staat bemoeit zich zo min mogelijk met geloof.
  • 1853: katholieke kerk in NL mag weer bestuurd worden door bisschoppen.
    -> katholieke emancipatie: geloof meer zichtbaar. Ook bij Joden.

Slide 4 - Diapositive

  • 1815: Koning Willem I bestuurde NL met kleine groep rijke mannen (voornamelijk protestanten)
    Katholieken wel in parlement, maar weinig kans om in regering te komen.
  • 1848: Grondwet -> koning verliest macht -> liberalen meer te zeggen -> vinden religie iets persoonlijks. 







Slide 5 - Diapositive

Verschillende geloven in 1 land
In de geschiedenis:
  • In de Republiek: geen gelijkheid voor godsdiensten >> protestanten (calvinisten) hadden meer rechten dan andere gelovigen.
  • Verlichting: niet eerlijk >> godsdienstvrijheid (1798).
  • Rooms-Katholieken merkten vrij weinig van de verandering >> nog steeds ondergeschikt.
  • Grondwet van 1848: Staat moet zich zo min mogelijk bemoeien met het geloof >> alles veranderde: Katholieke geloof bloeide weer op (katholieke emancipatie).

Slide 6 - Diapositive

Schuilkerken
In de geschiedenis:
  • In de Republiek: geen gelijkheid voor godsdiensten >> protestanten (calvinisten) hadden meer rechten dan andere gelovigen.
  • Verlichting: niet eerlijk >> godsdienstvrijheid (1798).
  • Rooms-Katholieken merkten vrij weinig van de verandering >> nog steeds ondergeschikt.
  • Grondwet van 1848: Staat moet zich zo min mogelijk bemoeien met het geloof >> alles veranderde: Katholieke geloof bloeide weer op (katholieke emancipatie).

Slide 7 - Diapositive

Onderwijspolitiek liberalen
  • Openbare scholen werden uit de staatskas betaald.

  • Bijzondere scholen (gelovige) moesten alles zelf betalen

Slide 8 - Diapositive

Radicale protestanten boos
-> vormen aparte stroming binnen calvinistische/ hervormde kerk. 
-> stichtten eigen kerk: gereformeerde kerk met eigen scholen -> wilden dat de staat deze zou betalen.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

 Anti revolutionaire Partij
1879: oprichting ARP om doelen te bereiken (1e politieke partij).          
Confessionelen: mensen die vinden dat je bij het bestuur moet uitgaan van je godsdienstige overtuiging.

Slide 11 - Diapositive

Schoolstrijd
= langdurig conflict over betaling bijzonder onderwijs.

Protestanten & katholieken (voor)



Liberalen & socialisten (tegen)

Slide 12 - Diapositive

Schoolstrijd
= langdurig conflict over betaling bijzonder onderwijs.

Protestanten & katholieken (voor)



Liberalen & socialisten (tegen)

Slide 13 - Diapositive

Pacificatie 1917 
Akkoord:

  • Bijzonder onderwijs betaald door overheid, 
in ruil voor:
  • stemrecht voor alle mannen. 

Slide 14 - Diapositive

Maken deze les
6.4 gelijkheid voor alle geloven

opdracht 3 t/m 12

blz. 146-151

Slide 15 - Diapositive