Passive
1. De man koopt een auto.
A
actief
B
passief
1 / 15
Items in this lesson
1. De man koopt een auto.
A
actief
B
passief
Slide 1 - Quiz
2. De man zou de computer gekocht hebben.
A
actief
B
passief
Slide 2 - Quiz
3. Gelukkig werd de auto meteen gerepareerd.
A
actief
B
passief
Slide 3 - Quiz
4. Voor het 50-jarig bestaand wordt een groot feest georganiseerd.
A
actief
B
passief
Slide 4 - Quiz
5. Leerkrachten en kinderen helpen allemaal mee.
A
actief
B
passief
Slide 5 - Quiz
6. Het geval wordt tot op de bodem uitgezocht.
A
actief
B
passief
Slide 6 - Quiz
7. Het plan werd op de lange baan geschoven.
A
voltooid
B
onvoltooid
Slide 7 - Quiz
8. Hij was behoorlijk buiten zijn boekje gegaan.
A
voltooid
B
onvoltooid
Slide 8 - Quiz
9. De chirurg opereert de gewonde soldaat.
A
voltooid
B
onvoltooid
Slide 9 - Quiz
10. Het pakketje wordt door de postbode aangeboden.
A
voltooid
B
onvoltooid
Slide 10 - Quiz
How many languages do you speak?
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
Slide 11 - Quiz
What courses have you taken this year?
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
Slide 12 - Quiz
Peter sent his boss a letter of resignation.
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
Slide 13 - Quiz
He'd never caught an infection before.
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
Slide 14 - Quiz
The letters have to be delivered.
A
present simple
B
past simple
C
present perfect
D
past perfect
