regelmatige werkwoorden

Regelmatige werkwoorden
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Regelmatige werkwoorden

Slide 1 - Slide

Welke 4 groepen regelmatige werkwoorden kennen we?

Slide 2 - Open question

Welke tijden kennen we ? 
voltooid tegenw. tijd
v.t.t.
ik heb gespeeld
onvoltooid verleden tijd
o.v.t.
ik speelde
toekomst 
ik zal spelen
tegenwoordige tijd
o.t.t.
ik speel
voorwaarde/
irreel
ik zou spelen
passé composé
Futur simple
Imparfait
Présent
Conditionnel

Slide 3 - Drag question

Welke regels ken je nog?

Slide 4 - Mind map

I. 
Verbes -er 

Slide 5 - Slide

II. 
Verbes -re 

Slide 6 - Slide

III. 
Verbes -ir

Slide 7 - Slide

Vervoegen in présent

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Meer uitleg nodig?
Hierna volgen 3 filmpjes die de présent, passé composé en imparfait nogmaals uitleggen. Handig als de uitleg van hierboven niet duidelijk was. Was het wel duidelijk? Dan sla je de filmpjes over.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Hoe vertaal je :
j'ai freiné en tu as traversé
A
ik rem en jij steekt over
B
ik heb geremd en jij bent overgestoken
C
ik remde en jij stak over
D
ik ga remmen en jij gaat oversteken

Slide 16 - Quiz

Hoe vertaal je:
Nous réparions le moteur en panne
A
wij reparen de kapotte motor
B
wij gaan de kapotte motor repareren
C
wij repareerden de kapotte motor
D
wij hebben de kapotte motor gerepareerd

Slide 17 - Quiz

Hoe vertaal je:
ils commencent à être mouillés
A
ze begonnen nat te worden
B
ze gaan nat worden
C
ze zijn begonnen met nat worden
D
ze beginnen nat te worden

Slide 18 - Quiz

Vertaal (pak evt de vocabulaire van 4.2 erbij):
de insecten hebben me wakker gemaakt.

Slide 19 - Open question

Vertaal:
Wij gaan jagen op olifanten en krokodillen

Slide 20 - Open question

Vertaal:
Hij is geland op het Italiaanse vliegveld

Slide 21 - Open question

Vertaal:
Jullie kiezen het begin van de tocht

Slide 22 - Open question

Vertaal:
Zij sliepen in een hut in de bergen

Slide 23 - Open question