mc1 week 3 rendez-vous: aanwijzend vnw

Week 3 Rendez-vous
Qu'est-ce que on va faire aujourd'hui: 
  • SO vocabulaire  week 1 en 2: Téléphoner
  • Instructie aanwijzend voornaamwoord + oefeningen
  • zelfstandig werken aan weektaak 3
1 / 21
next
Slide 1: Slide
HandelMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Week 3 Rendez-vous
Qu'est-ce que on va faire aujourd'hui: 
  • SO vocabulaire  week 1 en 2: Téléphoner
  • Instructie aanwijzend voornaamwoord + oefeningen
  • zelfstandig werken aan weektaak 3

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van deze les, weet je: 
  • wat een aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands en Frans is. 
  • weet je hoe je het aanwijzend voornaamwoord gebruikt in het Frans. 

Slide 2 - Slide

Noem een aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands

Slide 3 - Mind map

Doel
Een aanwijzend voornaamwoord vertelt zelf eigenlijk al wat het doet. Je gebruikt het wanneer je iets aanwijst

Bijvoorbeeld:
Dat meisje heeft een mooie tekening gemaakt.
Dat = aanwijzend voornaamwoord.

Slide 4 - Slide

Cette photo
Ces arbres sont rouges. Cet arbre est vert. 
Ce monument est l'Arc de Triomphe.
Cette ville est très grande. 
Cette rue s'appelle 'Les Champs Elysées'.  

Slide 5 - Slide

En français
In het Frans gebruiken we vier aanwijzende voornaamwoorden: 

Mannelijk enkelvoud
ce       --->    ce message 
Vrouwelijk enkelvoud
cette  --->    cette brochure
Mannelijk klinker / h
cet      --->   cet arbre,  cet hôtel
Meervoud
ces      --->    ces entreprises

Slide 6 - Slide

Stappenplan
Kijk naar het woord ACHTER het aanwijzend voornaamwoord. 

Stap 1 : 
Staat het in het meervoud? Gebruik CES
Par exemple: Ces garçons font du foot.

Stap 2: is het woord vrouwelijk?  Gebruik CETTE
Par exemple: Cette salade est délicieuse.

Slide 7 - Slide

Stap 3: 
Kijk of het woord begint met een klinker / h. Gebruik: CET
Par exemple: Cet hôtel est fermé.

Stap 4: mannelijk enkelvoud. Gebruik: CE
Par exemple: Ce garçon travaille bien!

Slide 8 - Slide

En nu even oefenen!

Slide 9 - Slide

vrouwelijk
mannelijk
meervoud
mannelijk met klinker/ stomme h
cette
ces
cet
ce

Slide 10 - Drag question

Vul het juiste aanwijzend vnw in:

Je voudrais parler à .... monsieur.
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 11 - Quiz

Vul het juiste aanwijzend vnw in:

J'habite dans ...... ville.
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 12 - Quiz

Welk aanwijzend vnw past in de zin?
Vous pouvez envoyer ..... brochures?
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 13 - Quiz

Vul in:
..... filles sont très belles.

Slide 14 - Open question

Vul in: J'aime manger ..... hamburger chez Mc Donalds.

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

cette fille-ci
ces enfants-là

Slide 17 - Slide

le stylo:
vertaal: deze pen (dichtbij), deze pen (verder weg)

Slide 18 - Open question

Maak nu zelf een zin met een frans aanwijzend vnw

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Wat je nu mag doen:
  • verder in stilte werken aan je weektaak
  • docent(en) zijn er voor uitleg/vragen

 

Slide 21 - Slide