HDST 3 en 4 P4

1 / 23
next
Slide 1: Slide
ZwMiddelbare schoolPraktijkonderwijsvmbo lwoo, b, kLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

HDST 3 en 4 P4 
lesdoelen: 
- je weet welke vaardigheden horen bij goed communiceren en kent de begrippen die erbij horen. 
- Je kent de vaardigheden die bij een goede beroepshouding horen 
- je weet waarom hygiënisch werken belangrijk is
- je weet welke activiteiten vallen onder persoonlijke verzorging 
- kent het begrip zelfredzaamheid en het belang ervan 
- je weet wat ADL hulpmiddelen zijn 

Slide 2 - Slide

beroepshouding

Slide 3 - Mind map

Communicatie
-Communicatie is het overbrengen van informatie, wensen, gevoelens en ideeën. 

-Lichaamstaal  is ook communicatie, alleen zeg je iets zonder woorden...Hoe noemen we deze vorm van communicatie ? 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Belangrijk bij goede communicatie 

Slide 6 - Slide

LSD 
Luisteren, samenvatten, doorvragen. 
1. je luistert naar een zorgvrager 
2. je vat de boodschap in je eigen woorden samen 
3. je vraagt door als er onduidelijkheden zijn 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Korte meerkeuzevragen
Denk je dat het antwoord A is?  Dan doe je je rechterarm in de lucht.
Denk je dat het antwoord B is? Dan doe je je linkerarm in de lucht.
Denk je dat het antwoord C is? Dan doe je beide armen in de lucht.
Denk je dat het antwoord D is? Dan ga je staan.

Slide 10 - Slide

wat hoort niet bij verbale communicatie
A
praten
B
fluisteren
C
je wenkbrauw omhoog trekken
D
je stem verheffen

Slide 11 - Quiz

open vragen starten met ....
A
wilt u........
B
bent u.......
C
Heeft u.....
D
Waarom ......

Slide 12 - Quiz

gesloten vragen starten met een werkwoord. welk antwoord krijg je meestal?
A
een ontkenning
B
een uitgebreid antwoord
C
een dialoog
D
ja / nee

Slide 13 - Quiz

wat betekent een goede beroepshouding?
A
de manier waarop je jezelf gedraagt, de waarden en normen die bij het beroep horen en je eigen persoonlijkheid
B
een ergonomische houding voeren binnen je beroep
C
respect, feedback en eigen grenzen
D
altijd positief en eerlijk zijn

Slide 14 - Quiz

Waarden zijn dingen die iemand in het leven belangrijk vindt.
bijvoorbeeld : eerlijkheid, verantwoordelijkheid, vriendschap.
Wat zijn de normen die bij een waarde horen ?
A
normen zijn het tegenovergestelde van de waardes
B
normen en waarden zijn hetzelfde
C
normen zijn de dingen die je doet om de waardes te vervullen
D
normen zijn de gedragsregels die bij een waarde horen

Slide 15 - Quiz

ADL betekent
A
Alle dagen lief
B
Als dat lukt
C
algemeen dagelijkse levensverrichtingen
D
Algemene dagelijks levensonderhoud

Slide 16 - Quiz

Welke activiteit hoort NIET bij ADL?
A
aan en -uitkleden
B
jezelf verzorgen
C
eten en drinken
D
in de middag een wandeling maken

Slide 17 - Quiz

waarom is hygiëne in de zorg extra belangrijk ?
A
hygiëne in de zorg is niet zo heel belangrijk
B
er zijn meer bacteriën in verpleeghuizen dan elders
C
Bij een verminderde weerstand van de zorgvrager kan een infectie ernstige gevolgen hebben
D
er zijn veel mensen samen dus kunnen ze elkaar snel besmetten

Slide 18 - Quiz

als een zorgvrager ernstig ziek is, wordt deze op bed gewassen met washandjes die een reinigende vloeistof bevatten. Deze worden van tevoren opgewarmd en na afloop meteen weggegooid. Hoe noem je dit?
A
snelle wasbeurt
B
liggend wassen
C
reinigend wassen
D
verzorgend wassen

Slide 19 - Quiz

Steunkousen noemen we ook wel therapeutische kousen. Wat zijn dit ?
A
kousen die oudere mensen dragen zodat ze de schoenen beter aan krijgen
B
kousen die ondersteuning bieden bij het lopen
C
kousen die de bloedvaten in de benen en voeten ondersteunen
D
kousen die ervoor zorgen dat de bloeddruk niet te hoog wordt

Slide 20 - Quiz

Wat zijn ADL hulpmiddelen ?
A
mensen die helpen bij de dagelijkse verzorging
B
hulpmiddelen die helpen bij dagelijkse handelingen, zoals uit bed komen, aankleden, wassen, eten.
C
hulpmiddelen die je inzet als je zelf geen tijd hebt om de zorgvrager te helpen
D
middelen die je gebruikt als de zorgvrager jou niet wil zien of door jou geholpen wil worden.

Slide 21 - Quiz

Dit was de theorie Hdst 3 en 4 
Vragen, opmerkingen, suggesties ?? 

Oefen de begrippen van HDST 1 tm 4 met de link op de laatste dia. 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link