Zelfstudie 1.2 Ongekende natuur

Zelfstudie 1.2
In deze les ga je zelf door alle stof heen. Je gaat filmpjes bekijken, uitleg van stof lezen en vragen maken. 

Succes! 
Op de foto zie je het amazoneregenwoud. 
1 / 51
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Zelfstudie 1.2
In deze les ga je zelf door alle stof heen. Je gaat filmpjes bekijken, uitleg van stof lezen en vragen maken. 

Succes! 
Op de foto zie je het amazoneregenwoud. 

Slide 1 - Slide

 1.2 Ongekende natuur
Hou bij het maken van de opdrachten de volgende leerdoelen in je achterhoofd
  • Ik ken de klimaatfactoren en de hoe-hoe regels (R)
  • Ik kan het voorkomen van de klimaten verklaren (T1)
  • Ik kan het ontstaan en de gevolgen van El Nino beschrijven en verklaren (T1) 
  • Ik kan de gevolgen van El Nino  voor Zuid-Amerika vergelijken met Zuid-Azië (T2)

Slide 2 - Slide


Bekijk de kaarten op de volgende twee slildes goed! 
Bedenk voor de westkust van Z-A:
- Waar wonen de meeste mensen? 
- Bedenk een fysische verklaring hiervoor. 
Startopdracht Examenvraag

Slide 3 - Slide

Mocht je de kaart beter willen bekijken sla dan je bosatlas open! 

Slide 4 - Slide

Mocht je de kaart beter willen bekijken sla dan je bosatlas open!

Slide 5 - Slide

Geef de fysische verklaring voor de ongelijke spreiding van de bevolking in het noordelijk en het zuidelijke deel van de Zuid-Amerikaanse westkust.

Slide 6 - Open question

In het noordelijke deel is de gemiddelde neerslag veel hoger dan in het zuidelijke deel (1p)
De hoge neerslag is gunstig voor intensieve landbouw, waardoor meer inwoners mogelijk (1p)
Antwoord

Slide 7 - Slide

Zuid-Amerika heeft veel verschillende klimaten. 

Het klimaat in Z-A wordt bepaald door een groot aantal factoren, zoals breedteligging, zeestromen, drukgebieden, windpatronen en de ligging van gebergte.

Bekijk figuur 1.5 in je boek maar eens! 

Slide 8 - Slide

Bekijk de kennisclip over het klimaat in Z-A op de volgende slide! 
Let op!
We passen toe wat we besproken hebben bij klimaatverandering en systeem aarde.  Mocht je even de draad kwijt zijn, Pak dat boek er dan even bij! 
Maak aantekeningen!

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Welke is GEEN klimaatfactor?
A
Breedteligging & Hoogteligging
B
Zeestromen
C
Land en zee in de buurt
D
Temperatuurverschillen

Slide 11 - Quiz

Hoe-hoe regel Breedteligging:
Hoe verder van de evenaar, hoe...
A
Warmer het klimaat
B
Kouder het klimaat
C
Droger het klimaat
D
Natter het klimaat

Slide 12 - Quiz

Hoe-hoe regel Hoogteliging:
Hoe hoger het ligt, hoe...
A
Warmer het wordt
B
Kouder het wordt
C
Droger het wordt
D
Natter het wordt

Slide 13 - Quiz

Hoe-hoe regel Zee en land:
Hoe meer zee, hoe
A
meer warmte
B
meer kou
C
meer droogte
D
meer vocht

Slide 14 - Quiz

Vergeet ook deze land/zee regel niet:
Welke zin klopt?
A
Land warmt sneller op dan zee
B
zee warmt sneller op dan land

Slide 15 - Quiz

Hoe-hoe regel Zeestromen
Hoe kouder de zeestroom, hoe
A
warmer de lucht
B
kouder de lucht
C
droger de lucht
D
vochtiger de lucht

Slide 16 - Quiz

Hoe-hoe regel Zeestromen
Hoe warmer de zeestroom, hoe
A
warmer de lucht
B
kouder de lucht
C
droger de lucht
D
vochtiger de lucht

Slide 17 - Quiz

Klimaatfactoren
De klimaatfactoren bepalen waarom bepaalde klimaten voorkomen in Zuid-Amerika! 

Klimaatfactoren:
- Breedteligging
- Hoogteligging
- Zee / land in de buurt
- Zeestromen 

Slide 18 - Slide

Bekijk figuur 1.5 in je boek.
Waarom komt het tropisch klimaat (Groen) daar voor?
A
ITCZ
B
Zeestromen
C
Koude wind
D
Gebergte

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

ITCZ
ITCZ (intertropische convergentie zone) ontstaat door de directe verwarming van het aardoppervlak waardoor lucht gaat opstijgen en er uiteindelijk een lagedrukgebied ontstaat.

Slide 21 - Slide

De ITCZ is een...
A
Lagedruk gebied
B
Hogedruk gebied

Slide 22 - Quiz

Zomer op het zuidelijk halfrond
Winter op het zuidelijk halfrond

Slide 23 - Drag question

Naast de ITCZ hebben ook de passaten (wind) en oceanen (zeestromen) invloed op het klimaat! 
Lees de uitleg op de volgende paar slides hierover en maak aantekeningen! 

Slide 24 - Slide

Weet je nog??

Slide 25 - Slide

Oostkant Z-A

Slide 26 - Slide

Waar vallen stuwingsregens?
A
Loefzijde
B
Lijzijde

Slide 27 - Quiz

Ezelsbruggetje :)
Lij ben je blij want het is droog!
Loef ben je droev(ig) want het regent. 

Slide 28 - Slide

Oostkant Z-A

Slide 29 - Slide

Westkant Z-A

Slide 30 - Slide

De westkust van Chili en Peru hebben te maken met een...
A
warme zeestroom
B
Koude zeestroom

Slide 31 - Quiz

Zuiden Z-A

Slide 32 - Slide

Een aanlandige wind is...
A
Droog
B
Vochtig

Slide 33 - Quiz

Onthouden: windrichtingen!
Noord, zuid, west, oost...
De windrichting is dus de richting waar de wind vandaan komt. 
Als de wind uit het westen komt, heb je dus westenwind.

Slide 34 - Slide

Eens in de zoveel jaar is er een afwijkend weertype...

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Slide

Bekijk de kaarten goed! 
Ze staan ook in je boek. 

Slide 38 - Slide

Welke negatieve gevolgen heeft El Niño in Zuid-Amerika?

Slide 39 - Open question

Antwoord: Heeeeel veel regen met desastreuze gevolgen zoals te zien op deze foto uit Peru. 
Gevolgen kust Z-A:
  • overstromingen
  • aardverschuivingen
  • modderstromen
  • minder vissen
  • droogte in andes


Slide 40 - Slide

Welke negatieve gevolgen heeft El Niño in Indonesië?

Slide 41 - Open question

Antwoord: droogte, bosbranden en mislukte oogsten

Slide 42 - Slide

Bekijk figuur 1.9 in je boek! 

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Leerdoelen check!
Maak de vragen op de volgende slides om te checken of jij alle leerdoelen gehaald hebt.

  • Ik ken de klimaatfactoren en de hoe-hoe regels (R)
  • Ik kan het voorkomen van de klimaten verklaren (T1)
  • Ik kan het ontstaan en de gevolgen van El Nino beschrijven en verklaren (T1) 
  • Ik kan de gevolgen van El Nino  voor Zuid-Amerika vergelijken met Zuid-Azië (T2)

Slide 45 - Slide

Noem de 4 klimaatfactoren die we besproken hebben!

Slide 46 - Open question

Bekijk figuur 1.5 in je boek. Waarom is er een aride gebied aan de west kust?
A
warme zeestroom
B
ITCZ
C
koude zeestroom
D
equatoriale stroom

Slide 47 - Quiz

Bekijk figuur 1.5 in je boek. Waarom is er neerslag in alle jaargetijden in de zuidpunt van Z-A?
A
aflandige westenwind en lijzijde van andesgebergte
B
De gevolgen van el nino zijn daar het grootst
C
aanlandige westenwind en stuwingsregens
D
equatoriale stroom die splits bij de punt van Z-A

Slide 48 - Quiz

El nino brengt aan de westkust van Z-A...
A
Heel veel regen
B
Heel veel droogte

Slide 49 - Quiz

Tijdens el nino...
A
welt er koud water voor de kust op
B
welt er warm water voor de kust op
C
wordt warm oppervlaktewater aangevoerd
D
wordt koud oppervlaktewater aangevoerd

Slide 50 - Quiz

1.2 Ongekende natuur
Heb je de vragen niet zo goed gemaakt, lees dan paragraaf 1.2 nog eens door. 

Slide 51 - Slide