omrekenen

Omrekenen
van procenten, verhoudingen, kommagetallen en breuken
1 / 15
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Omrekenen
van procenten, verhoudingen, kommagetallen en breuken

Slide 1 - Slide

In 1 overzicht

Slide 2 - Slide

Van % naar verhouding

4% = 4/100 dus 4 van de 100!
4 van de 100 = 1 van de 25

 
Van verhouding naar %

2 van de 5 = 4 van de 10 
= 40 van de 100 = 40%

Slide 3 - Slide

Zet op volgorde van klein naar groot! 1 is kleinst, 4 is grootst!
1
2
3
4
3 op de 20
14 %
4 op de 25
51 op 300

Slide 4 - Drag question

Percentage en kommagetal

Slide 5 - Slide

Van % naar decimaal getal:

: 100

36% = 0,36
121% = 1,21
92% = 0,92
300% = 3
0,1% = 0,001

Van decimaal getal naar %

x 100

0,12 = 12%
0,03 = 3%
1,4 = 140%
0,55 = 55%
0,0008 = 0,08%

Slide 6 - Slide

Percentage en breuken

Slide 7 - Slide

Van % naar breuk

  1. Bepaal het percentage
  2. Maak van het percentage een honderdste breuk
  3. Vereenvoudig de breuk
1% = 1/100
14% = 14/100 = 7/50
92% = 92/100 = 46/50 = 23/25

Slide 8 - Slide

Van breuk naar %

  1. Bepaal de breuk
  2. Maak van de breuk een honderdste breuk
  3. Maak van de breuk een kommagetal



t

  1.  2 van de 5 = 2/5
  2.   


   3. 40/100 = 40%






Slide 9 - Slide

Hoeveel procent is de volgende verhouding?
7 van de 20
A
34%
B
30%
C
35%
D
27%

Slide 10 - Quiz

Hoeveel procent is de volgende breuk?
3/20
A
15%
B
28%
C
60%
D
3%

Slide 11 - Quiz

Hoeveel procent is het volgende kommagetal
0.38
A
83%
B
72%
C
33%
D
38%

Slide 12 - Quiz

Hoeveel procent is de volgende breuk?
4/5
A
40%
B
50%
C
80%
D
45%

Slide 13 - Quiz

Hoeveel procent is de volgende verhouding?
12 op de 20
A
45%
B
60%
C
12%
D
20%

Slide 14 - Quiz

Hoeveel procent is het volgende kommagetal?
0,45
A
4%
B
50%
C
20%
D
45%

Slide 15 - Quiz