This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 2 Aarde
Klimaat en landschap
Introductie
Slide 1 - Slide
Periode 2
- hybride les; zowel online als fysiek
- behandeling hoofdstuk 2
- toets in de toetsweek (januari) en PO (klein)
- Lessen gaan via LessonUp
- info op it's learning in de map hoofdstuk 2
Slide 2 - Slide
Introductie
Deze les is een introductie op hoofdstuk 2. Uitleg over een aantal begrippen die jullie in eerdere jaren hebben gehad. Even alle kennis die je hebt weer wakker maken.
Er zijn filmpjes, uitleg en vragen over de theorie. Bekijk alles goed en maak de vragen.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Lees het artikel 'kont van de wereld slinkt in hoog tempo' (blz 36 boek)
Slide 5 - Slide
Wat zie je op de openingsfoto op blz 34-35 van je tekstboek
Slide 6 - Open question
Beschrijving
Bij bronnen is het belangrijk dat je begint met een beschrijving wat je ziet. De feiten even op een rijtje krijgen zonder te interpreteren, oordelen, theorie aan koppelen.
-> Is dat gelukt bij de vorige vraag?
Slide 7 - Slide
Waar gaat het hoofdstuk over?
Blader eens door het hoofdstuk. Waar gaan we het allemaal over hebben de komende weken? Is het nieuw voor je of herken je al begrippen / plaatjes?
Slide 8 - Slide
Windsysteem en zeestromen
We beginnen met het windsysteem en de zeestromen. Hoe kan het dat er in bepaalde perioden zoveel regen in India valt? Waarom liggen de tropisch regenwouden rond de evenaar? Heeft de zee echt zoveel invloed op het klimaat?
Allemaal vragen waar je aan het eind van de periode een antwoord op kan geven!
Slide 9 - Slide
Wat weet je eigenlijk allemaal al?
De afgelopen jaren heb je bij aardrijkskunde al veel theorie geleerd die je dit hoofdstuk weer gaat toepassen en waar je mee verder gaat. Er komen nu een aantal begrippen voorbij om eens te kijken wat je nog weet!
En als je het niet meer weet. Dat geeft helemaal niet!!! Ze komen de komende weken nog vaak voorbij. Belangrijkste is dat je eerlijk bent naar jezelf toe. Wist je het nog of eigenlijk niet. Of misschien een beetje
Slide 10 - Slide
Wat is het verschil tussen weer en klimaat?
A
Het is het zelfde
B
Het weer is klimaat over een lange periode
C
Het klimaat is weer over lange periode
D
Het klimaat is weer over lange periode + groot gebied
Slide 11 - Quiz
Wat is het aller koudste klimaat?
A
Zeeklimaat
B
Toendraklimaat
C
Poolklimaat
D
Landklimaat
Slide 12 - Quiz
Als vloeibaar water gasvormig water wordt dan noemen we dit condenseren.
A
goed
B
fout
Slide 13 - Quiz
De kringloop van het water wordt aangedreven door de kracht van de zon.
A
goed
B
fout
Slide 14 - Quiz
Waterdamp is onzichtbaar
A
goed
B
fout
Slide 15 - Quiz
Neerslag = Regen, hagel, sneeuw, mist en ijzel.
Neerslag ontstaat als:
Warme lucht opstijgt en daardoor afkoelt = stijgingsregen.
Lucht wordt gedwongen tegen een berghelling op te stijgen = stuwingsregen.