What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H4Week1
Kerstvakantie
1 / 17
next
Slide 1:
Mind map
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Kerstvakantie
Slide 1 - Mind map
Online les
Slide 2 - Mind map
Doelen
Ik weet wanneer de deadline is voor boekverslag 2.
Ik Ik weet wanneer er een verkeerd woord is gebruikt in een zin.
Ik weet wat bepaalde afkortingen betekenen en ik kan ze voluit schrijven.
Ik weet wanneer er een verkeerd voorzetsel is gebruikt.
Slide 3 - Slide
Planning
Spelling en interpunctie afspraken
Woensdag: Formuleren
Vrijdag: Spreekvaardigheid
Woensdag 20 januari: DEADLINE BOEKOPDRACHT 2
1 februari: Debat Nederlands
Slide 4 - Slide
Wanneer gebruik je met behulp van en wanner met de hulp van?
Slide 5 - Open question
Wat voor een woorden zijn bami, überhaupt en meeting?
A
Leenwoorden
B
Barbarismen
Slide 6 - Quiz
Wat voor woorden zijn recentelijk, actie nemen en wereldwijd.
A
Leenwoorden
B
Barbarismen
Slide 7 - Quiz
Noem een voorbeeld van een neologisme.
Slide 8 - Open question
Wat denk je dat een modewoord is?
Slide 9 - Open question
Contaminatie
Verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen.
Voorbeelden:
- Nachecken
- Het kost duur
- Hij neemt in de klas altijd het hoogste woord.
Slide 10 - Slide
Wat is er fout in de volgende zin?
'Ik besef me dat ik mijn telefoon ben vergeten.'
Slide 11 - Open question
Verkeerd voorzetsel
De betekenis van de zin verandert door het gebruik van een verkeerd voorzetsel.
- Ik ben benieuwd ... de cijfers.
- Ik ga maar af ... wat de dokter zegt.
- Hij zit helemaal in de knoop ... zichzelf.
Slide 12 - Slide
Ik kom maar niet toe ... lekker luieren.
A
aan
B
op
C
voor
D
van
Slide 13 - Quiz
Hij speelde de eerste wedstrijd ... aanwezigheid ... zijn hele familie.
A
met ... tot
B
voor ... van
C
met ... van
D
van ... tot
Slide 14 - Quiz
Doelen
Ik weet wanneer de deadline is voor boekverslag 2.
Ik Ik weet wanneer er een verkeerd woord is gebruikt in een zin.
Ik weet wat bepaalde afkortingen betekenen en ik kan ze voluit schrijven.
Ik weet wanneer er een verkeerd voorzetsel is gebruikt.
Slide 15 - Slide
Huiswerk 13 januari
H6 Taalverzorging: formuleren deel 1 (online!)
Blz. 382 - opdracht 3a + 3b, 4, 6
Huiswerk niet af? -> noteren Magister
Werkt de online methode niet? -> blijf in de vergadering
Slide 16 - Slide
Huiswerk 8 januari
Bestudeer verwerkingsopdracht 2
(Gedeelde documenten -> lit h4)
Slide 17 - Slide
More lessons like this
Week 2 2a les 1
December 2022
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
H4Week2-form
February 2021
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Afkortingen: Meer dan alleen letters
May 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
6.3 spelling/ 5.3 spelling
April 2018
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Talent 2.8 spelling
August 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
WK 45 - spelling
November 2024
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Woordsoorten
December 2021
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
SCC M11 L1 Het voorzetselvoorwerp
December 2022
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs