Ruiken & Proeven

Ruiken & proeven
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ruiken & proeven

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

nr. 11
nr. 5
nr. 10
nr. 6
pupil
iris
netvlies
zenuw

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

Wat hoort in dit rijtje niet thuis?
smaak – geur – geluid – zuurstof – licht
a) Noteer het juiste antwoord.
b) Leg je antwoord uit!!

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Waardoor kun je scherp zien?
A
Doordat er een beeld op het netvlies ontstaat.
B
Doordat de vorm van het netvlies verandert.
C
Doordat de bolvorm van de ooglens verandert.
D
Doordat het beeld op het netvlies wordt omgedraaid.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Geluid
Licht
Geurstoffen
Smaakstoffen
Aanraking
Oor
Huid
Tong
Neus
Oog
Sleep de prikkel naar de juiste zintuigen.

Slide 5 - Drag question

Weten jullie nog wat een prikkel was? Dit is iets waar je zintuigen op reageren. Welke prikkel hoort bij welke zintuigen?
Een vlieg loopt over je wang
In de winter krijg je koude handen op de fiets
Je staat onder de warme douche
Je voelt dat je schoenen knellen
Tast zintuigen
Koudezintuigen
Warmte zintuigen
Druk zintuigen

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Reukzintuig + Smaakzintuig = Proeven

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

De neus
  • Ruiken doe je met reukzintuig in je neus.

  • Geurstoffen lossen op en haren nemen waar. 

  • Prikkel wordt impuls

  • Impuls via reukzenuw naar hersenen

  • Hersenen geven aan welke geur het is

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Het reukzintuig

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Je loopt de keuken in, daar staat een appeltaart, net uit de oven. Wat is de juiste volgorde van onderstaande gebeurtenissen?
-->
-->
-->
-->
-->
-->
Er komen geurstoffen vrij uit de appeltaart
Je reukzintuig wordt geprikkeld
Je weet wat je ruikt: appeltaart
Er gaan berichten van je reukzintuig naar je hersenen
Je besluit een stukje taart te nemen
Er gaan berichten van de hersenen naar je armspieren

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

De Tong
  • Je tong is ruw op je tong liggen kleine uitsteeksels. Dit zijn smaakpapillen

  • Hiertussen liggen smaakzintuigen

  • Je eten word klein gemaakt door je speeksel en de Smaakstoffen komen vrij.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welke smaken kun je proeven ?

  • Zout , Zuur, Zoet, Bitter en Umami.

  • Umami nog maar bekend is sinds 1908.

  • Umami is een volle / hartige smaak: tomaten, sardientjes, oude kaas, zeewier.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Hoe werken je smaakzintuigen?

  • Smaakzintuigen zijn opgebouwd uit cellen (denk aan hoofdstuk 1).

  • 1 smaakknopje kan alle smaken opnemen.

  • De smaakpapillen (met smaakzintuigen) zitten vooral aan de randen van je tong.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Hoe proef je?
Het smaakzintuig + reukzintuig werken samen. 

 Deze zintuigen zorgen er ook voor dat wij precies weten wat we wel en niet kunnen eten en zorgen er dus voor dat je niks eet wat over de datum is.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Umani: hele tong = 
smaakversterker

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions