Presentatie TL Autonomie in groepsvorming

1 / 10
next
Slide 1: Slide
OnderzoekHBOStudiejaar 4

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat is er al bekend over autonomie?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

Autonomie is een van de pilaren van de zelfdeterminatietheorie. Volgens deze theorie hebben mensen drie fundamentele psychologische basisbehoeften: relatie, competentie en autonomie. Deze theorie stelt dat persoonlijke groei en welbevinden pas plaats kunnen vinden als aan deze behoeften voldaan wordt (Ryan & Deci, 2017, in Bohlmeijer et al., 2021, p. 333).  

Slide 4 - Slide

We willen deze doelen bereiken via spel. Daarin geven we de autonomie aan jou om daar keuzes in te maken.

Slide 5 - Slide

Inclusief en diversiteit. iedereen kan en mag meedoen.


Aan jullie de vraag of je dat wil. Zo ja, blijf dan vooral hier. Zo nee, dan kun je nu gaan doen wat je zelf wil, maar niet in dit lokaal. Want we hebben nu even deze ruimte nodig. 
Als je niet mee wil doen met het spel, zou je kunnen observeren of kunnen filmen. Als je dat ook niet wil, wat zou je dan wel willen? 
Theoretische onderbouwing: Uitleg actiekeuze optiekeuze vanuit theorie (Sytske) 
De zelfdeterminatietheorie maakt onderscheid tussen twee soorten keuzes: de optiekeuze en de actiekeuze. De optiekeuze biedt keuze uit verschillende, door anderen aangedragen, mogelijkheden. Bij de actiekeuze bestaat de mogelijkheid om wel of niet deel te nemen. De optiekeuze draagt weinig bij aan intrinsieke motivatie (Verbeeck, 2010). 

Slide 6 - Slide

Let op! Licht fysiek contact bij spel 1

Slide 7 - Slide

Theoretische onderbouwing: Uitleg dat je niet te veel keuze opties moet geven omdat dit verlammend kan werken. En dat je rekening houdt met de diversiteit binnen de groep. In dit geval is het voorstelbaar dat mensen die elkaar bijna niet kennen wellicht liever niet elkaars hand vasthouden (Sytske) 
Autonomie is een gevoel dat het diepste wezen raakt. Het gevoel van de mens om zelf zijn of haar gedrag te bepalen, gedreven door persoonlijke waarden en interesses. Het gevoel hier zelf richting aan te geven, ook al is er invloed van anderen (Eikelenboom, in Ruijters & Simons, 2017, p. 507). Ware autonomie komt tot stand wanneer iemand kan handelen volgens eigen gestelde doelen en persoonlijke waarden (Verbeeck, 2020, p.9). 
Dit kan je gemerkt hebben in het vormen van een gezamenlijk antwoord op de gestelde vraag.

Slide 8 - Slide

Wetenschappelijke onderbouwing: Je kan conflicterende belangen hebben maar toch als groep functioneren. Relatie met de groep (Sytske) 
Autonomie moet niet verward worden met totale onafhankelijkheid’ (Eikelenboom, in Ruijters & Simons, 2017, p. 507). Autonomie ervaren is onlosmakelijk verbonden met deel uitmaken van een groter geheel. Immers aanspraak maken op onze ontwikkeling als individu kan slechts door actieve deelname aan en verantwoordelijkheid nemen binnen een groep. Onze autonomie en vrijheid moeten zich dus verhouden tot die van de ander (Machielse, 2023, p.23; Schuman & De Vries, 2020, p.100). 

Slide 9 - Link

Reflectie zorgt voor het besef van de opgedane ervaringen die meegenomen kunnen worden naar volgende situaties. Dit zorgt voor begrip, verbinding, autonomie en competentie in de groep.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions