Toets H3 + H5 bespreken + start H2

Welkom B2A!
Voor de start van de les wil ik je vragen om...
- ... je iPad in de tas te laten.
- ... je nask boek + schrift op tafel te leggen.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom B2A!
Voor de start van de les wil ik je vragen om...
- ... je iPad in de tas te laten.
- ... je nask boek + schrift op tafel te leggen.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen deze les?
- Bespreken van Toets H3 + H5
- Planning Periode 2 doornemen
- Starten met H2 Beweging

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Toets H3 + H5 bespreken
- In groepjes van 3 of 4 personen
- Je gaat de toets vraag voor vraag door.
- De leerling die de vraag goed heeft legt het uit aan de leerling(en) die de vraag niet goed hebben.
- Daarna ga je verder met de volgende vraag.
- Kom je er niet uit met je groepje? --> vraag mij om hulp!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Planning Periode 2 doornemen
- Wat wordt er getoetst?
- Wat moet je dus leren?
- Wat moet je elke week doen?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Start H2 Beweging
- Waar denk je dat het over gaat?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Aantekening 2.1
Grootheid
iets wat je kunt meten
Eenheid
waar je een grootheid in uitdrukt


Slide 6 - Slide

Iets wat je kunt meten, noem je een grootheid. Je kunt meten wat de afstand is die de slak in een bepaalde tijd aflegt.

Een getal alleen is niet genoeg om duidelijk te maken wat je bedoelt. De afstand is hier aangegeven in centimeter. Dit noem je de eenheid.


Aantekening 2.1
Symbolen grootheden

snelheid: v
afstand: s
tijd: t
Afkortingen eenheden

uur: h
kilometer: km

Slide 7 - Slide

Grootheden en eenheden geef je kort weer met een symbool. De symbolen zijn logisch als je kijkt naar de Engelse woorden.

Voor snelheid gebruik je de letter “v” en voor afstand de letter “s”.
Hiernaast zie je hoe je een snelheid van 100 km/h kort opschrijft.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
1) Wat: Maak 2.1 opdr. 1 t/m 7 (p. 43)
     Hoe: Je start voor jezelf, in stilte. 

De 1e vijf minuten werk je voor jezelf in stilte, daarna mag je overleggen met je buur en loop ik langs voor vragen.


timer
5:00

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions