1HV - P4 Les 4 - Hoe gebruik je een woordenboek?

Hoe gebruik 
je een woordenboek?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoe gebruik 
je een woordenboek?

Slide 1 - Slide

Hoe gebruik je een woordenboek?

Slide 2 - Slide

        Programma
  1. Woordenboek? We hebben toch Google translate?
  2.  Hoe zoek je (snel) op? (filmpje)
  3. ...
  4. Oefeningen

Slide 3 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je/ weet je:
  • Hoe je een woordenboek gebruiken moet
  • hoe je makkelijk en snel woorden kunt vinden


Slide 4 - Slide

Hoe zoek jij een vreemd woord op?

Slide 5 - Mind map

Gebruik jij wel eens een papieren woordenboek?
Nee
soms

Slide 6 - Poll

        Een woordenboek? 
          ...We hebben nu toch Google translate?
Klopt, maar het nadeel van Google translate...
  • is niet heel betrouwbaar, (zeker niet voor hele zinnen)
  • Laat niet zien of een woord mannelijk of vrouwelijk is
  • Laat niet zien wat voor soort woord het is.
  • Helpt je niet een taal te leren (mn. spreken, verstaan)
  • is als een zak chips; je consumeert het en het is weg...het is vluchtig ; het helpt je niet echt om de woorden ook te onthouden.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Tips voor woordenboekgebruik!
  • Ken het alfabet (logisch! toch..?)
  • Zelfstandig naamwoorden: zoek in enkelvoud.
  • Werkwoorden: zoek het hele werkwoord       vervoegde werkwoorden zul je niet vinden!
  • Samengestelde woorden : zoek in het losse delen op vb: periodeoverzicht; zoek eerst het woord periode en daarna overzicht apart op.

Slide 10 - Slide

Andere manieren om achter de betekenis 
van een woord te komen...
  • Lijkt het woord op een Nederlands woord?
  • Lijkt het woord  bv. op een woord uit het Engels, Frans of een andere taal? 

Slide 11 - Slide

Zet deze Disney filmtitels in alfabetische volgorde
Bij de volgende sleepvraag is het de bedoeling dat je de titels van de Spaanse Disneyfilms in de alfabetische volgorde plaatst.
Sleep ze naar de genummerde rode vakken.
 

Slide 12 - Slide

Zet deze titels in alfabetische volgorde.

Slide 13 - Drag question

Opdrachten om zelfstandig aan te werken -1
  1. Wat heb je nodig? Een SP-NL woordenboek en je schrift
  2. Zoek de volgende 12 woorden op: CERCA, CÓDIGO POSTAL, VENIR, BANDERA, ROMPECABEZA, FELIZ, AQUEL, AMARILLO, NACIMIENTO, MIENTRAS, BICICLETA en GAFAS.
  3. Hou de tijd bij, bv. met een timer; Hoe lang ben je ermee bezig ?
  4. Schrijf de 12 woorden hierboven in alfabetische volgorde op in je schrift. 
  5. Zoek de betekenis van deze woorden in het Nederlands op.
  6. Schrijf dat achter het Spaanse woord op.
  7. Zijn de woorden mannelijk (m) , of vrouwelijk (v)?
  8. Wat voor soort woorden zijn het? Is het een zelfstandig naamwoord, bijvoegelijk naamwoord een werkwoord of iets anders?



Slide 14 - Slide

Opdrachten om zelfstandig aan te werken -2
  1. Wat heb je nodig? NL-SP woordenboek en je schrift.
  2. Neem de tijd op! bv. met een timer; Hoe lang ben je ermee bezig ?
  3. Bedenk 5 Nederlandse woorden die je in het Spaans, (Frans, Duits) zou willen weten. Schrijf deze op in je schrift.
  4. Zoek de betekenis van deze woorden in het Spaans op.
  5. Schrijf dat achter het Nederlandse woord op.
  6. Zijn de woorden mannelijk of vrouwelijk?
  7. Wat voor soort woorden zijn het? Is het een zelfstandig naamwoord, bijvoegelijk naamwoord een werkwoord of iets anders?



Slide 15 - Slide

Zijn de lesdoelen gehaald?
Aan het einde van deze les kun je/ weet je:
  • Hoe je een woordenboek gebruiken moet
  • hoe je makkelijk en snel woorden kunt vinden


Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide