5H SK redox reacties halfreacties

5H SK redox reacties
in deze les
halfreacties opzoeken en opstellen
totaal reactie opstellen
Gebruik je BINAS bij deze les!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

5H SK redox reacties
in deze les
halfreacties opzoeken en opstellen
totaal reactie opstellen
Gebruik je BINAS bij deze les!

Slide 1 - Slide

In een opgave staat:
Nikkel reageert met Chloor.
Dan bedoelen ze...
A
het zout nikkelchloride
B
Ni2++Cl
C
Ni(s)+Cl
D
Ni(s)+Cl2(g)

Slide 2 - Quiz

let op!!
Het erg belangrijk dat je het verschil begrijpt tussen een neutrale stof, en de geladen deeltjes van dezelfde atoomsoort!
Nikkel is niet hetzelfde als nikkel-twee-plus ionen, Ni2+
Chloor is de moleculaire stof Cl2, en is niet hetzelfde als chloride-ionen, Cl-
nikkel muntje

Slide 3 - Slide

Nikkel reageert met chloor.
Welk deeltje is dan de oxidator, en welk deeltje is de reductor?
A
Nikkel = RED, Chloor = OX
B
Nikkel = OX, Chloor = RED

Slide 4 - Quiz

In Binas tabel 48 staan de meest gebruikte oxidatoren en reductoren. 
Ze staan gerangschikt op sterkte.

Slide 5 - Slide

Links boven staan de sterkste oxidatoren

Slide 6 - Slide

Rechtsonder staan de sterkste reductoren

Slide 7 - Slide


Zoek de oxidator Chloor (Cl2) op in Binas tabel 48 bij de oxidatoren, en geef de halfreactie.

Slide 8 - Open question


Zoek de reductor Nikkel (Ni) op in Binas tabel 48 bij de reductoren, en geef de halfreactie.
Let op, deze lees je van rechts naar links!!

Slide 9 - Open question


Cl2 staat boven Ni, dus de reactie verloopt. tel nu de halfreacties correct bij elkaar op:
     Cl2 + 2e- --> 2 Cl-
     Ni --> Ni2+ + 2e-

Slide 10 - Open question

totaal reactie
Cl2 + 2e-   -->   2 Cl-                      1x
Ni    -->   Ni2+ + 2e-                    1x
Cl2  + Ni   -->    2 Cl- + Ni2+
OX
RED
TOTAAL
.                                                                 

Slide 11 - Slide

nu gaan we kijken of de reactie van een blokje aluminium in een oplossing van kaliumnitraat verloopt.
Schrijf de deeltjes die je bij elkaar doet, op:

Slide 12 - Open question

een aluminiumblokje in oplossing van kaliumnitraat
Aluminium is een vaste stof, Al (s).
Een metaal (Al is een metaal) is eigenlijk altijd een reductor, aangezien metalen positief worden als ze ion worden.
Metalen staan e- af, dat doet een reductor. 
Kijk maar onderaan in Binas 48 
(K, Ba, Na, Mg, Al, Zn etc).

Slide 13 - Slide

aluminiumblokje in oplossing van kaliumnitraat
kaliumnitraat is een zout.
Het bestaat uit kalium-ionen, en nitraat-ionen:
K+ en NO3-
In Binas 45A kun je vinden of een zout oplost.
Kaliumzouten lossen meestal goed op, 
dus zijn de losse ionen aanwezig in de oplossing.

Slide 14 - Slide

K+ gecombineerd met NO3- lost goed op!

Slide 15 - Slide

"aluminiumblokje in oplossing van kaliumnitraat"
wat is de oxidator (zie Binas 48)?
A
Al3+
B
Al
C
K+
D
NO3

Slide 16 - Quiz


Aanwezig: Al, NO3- en K+
 Geef nu de halfreactie van de oxidator. Let goed op dat je de juiste selecteert uit Binas, er zijn meerdere mogelijkheden!

Slide 17 - Open question


Aanwezig: Al, NO3- en K+
 Geef nu de halfreactie van de reductor

Slide 18 - Open question

zal de reactie verlopen?
(staat de OX boven de RED
in Binas tabel 48?)
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

tel nu de halfreacties correct bij elkaar op:
OX:       NO3- + H2O + e-   -->   NO2- + 2 OH-
RED:    Al --> Al3+  + 3e-

Slide 20 - Open question

totaalreactie
OX:       3 NO3- + 3 H2O + 3 e-   -->   3 NO2- + 6 2 OH-
RED:    Al --> Al3+  + 3 e-

Totaal:  3 NO3- + 3 H2O + Al --> 3 NO2- + 6 OH- + Al3+
|   3x
|    1x
.                                                                                            

Slide 21 - Slide

Dit was de les. Heb je er iets aan gehad?
A
ja, maar ik snap het nog niet helemaal
B
nee, maar ik heb niet echt meegekeken in de Binas
C
ja, dit heeft wel geholpen
D
nee, ik snap er nog steeds niets van.

Slide 22 - Quiz

Tips voor de docent? Laat hier je feedback achter! Dankjewel!

Slide 23 - Open question